KINDERZITJES: Isofix-bevestigingssysteem
Installatieoverzicht vijfdeursuitvoering
Door het gebruik van een niet
bij de auto passend kinder-
veiligheidssysteem wordt de
baby of het kind niet correct be-
schermd. Het kan ernstig of zelfs dode-
lijk letsel oplopen.
(1/6)
²
Plaats verboden voor het installe-
ren van dit type kinderzitje.
Kinderzitje bevestigd met behulp van de
ISOFIX bevestiging
Plaats waar een ISOFIX kinderzitje
is toegelaten.
±
De zitplaatsen achterin zijn voorzien
van een verankering voor de bevestiging
van een universeel ISOFIX kinderzitje voor-
uit. De verankeringen bevinden zich op de
rugleuningen van de achterstoelen.
De grootte van een ISOFIX kinderzitje wordt
aangegeven door een letter:
– A, B, B1 (F3, F2, F2X): voor zitjes vooruit
van groep 1 (van 9 tot 18 kg);
– C, D (R3, R2): kuipzitjes of achterwaarts
gerichte zitjes van groep 0+ (minder dan
13 kg) of groep 1 (9 tot 18 kg);
– E (R1): achterwaarts gerichte kuipzitjes
van groep 0 (minder dan 10 kg) of 0+
(minder dan 13 kg);
– F, G (L1, L2): reiswiegen in groep 0
(minder dan 10 kg);
– B2: stoelverhogers van groep 2 en 3 (15
tot 25 kg en 22 tot 36 kg).
1.51