RUITENWISSER, -SPROEIER VOOR
Bijzondere stand van
de ruitenwisser voor
(onderhoudsstand)
In deze stand kunnen de bladen worden op-
getild om ze van de voorruit te verwijderen.
Dit kan nuttig zijn:
– om de bladen te reinigen;
– om de bladen van de voorruit los te
maken in winterse weersomstandighe-
den;
– vervang de bladen. ➥ 5.34.
Zet met contact aan en stilstaande motor de
schakelaar voor de ruitenwissers helemaal
naar beneden (stand snel continu wissen),
de ruitenwisserbladen stoppen in een stand
waarbij de motorkap vrij is.
Om de bladen terug te plaatsen, gaat u na
of de bladen correct zijn neergeklapt op
de voorruit en zet u de schakelaar met het
contact aan vervolgens in de stand B (stop).
Voordat u het contact inschakelt, moet u de
ruitenwisser neerklappen op de voorruit. Zo
niet, bestaat het risico dat de motorkap of de
ruitenwisser beschadigd raakt wanneer u de
ruitenwisser inschakelt.
1.102
(4/6)
Opmerking:
Als de ruitenwisser niet langer onder span-
ning staat kunt u, 1 minuut na het vergren-
delen van de auto, de bladen handmatig
verplaatsen. Forceer de armen van de rui-
tenwisser niet, zoniet kunnen de motor, de
armen en de bladen van de ruitenwisser
beschadigd raken.
Om de bladen correct terug te plaatsen na
werkzaamheden, moet u ervoor zorgen dat
de bladen op de voorruit rusten, zet u het
contact aan en beweegt u de schakelaar van
de ruitenwisser.
Het ruitenwisserblad aan bestuurderskant
moet altijd boven het blad aan de passa-
gierskant liggen. Als dat niet het geval is,
zal de ruitenwisser één wisbeweging maken
zodra de auto sneller rijdt dan ongeveer 7
km/uur.
Wanneer er zich obstakels op de voor-
ruit bevinden (vuil, sneeuw, ijs ...), maakt
u de voorruit (inclusief de centrale zone
achter de binnenspiegel) schoon voor-
dat u de ruitenwissers inschakelt (risico
op oververhitting van de motor).
Als een obstakel de beweging van een
blad verhindert, kan dat blad stoppen
met wissen. Verwijder het obstakel en
schakel de ruitenwisser opnieuw in met
de ruitenwisserschakelaar.
Voordat u iets aan de voorruit
doet (wassen van de auto, on-
tdooien, reinigen van de voor-
ruit enz.) moet u de schake-
laar 1 in stand B (uit) zetten.
Risico van verwonding en/of bescha-
digingen.