Bediening
Om de slipcorrectiefactor in te stellen is het nodig de werkelijke strooihoeveelheid te bepalen. Hiervoor
moet u de volgende formule gebruiken:
Werkelijke strooihoeveelheid [m³/ha] =
Vergelijk de gewenste waarde van de strooihoeveelheid die u op de instelrit hebt bepaald, met de
werkelijke strooihoeveelheid.
1. Wanneer de werkelijke strooihoeveelheid gelijk is aan de gewenste waarde van de
strooihoeveelheid, hoeft de slipcorrectiefactor niet te worden gewijzigd (= 1.0).
2. Wanneer de werkelijke strooihoeveelheid kleiner is dan de gewenste waarde van de
strooihoeveelheid, moet de slipcorrectiefactor worden vergroot (> 1.0).
3. Wanneer de werkelijke strooihoeveelheid groter is dan de gewenste waarde van de
strooihoeveelheid, moet de slipcorrectiefactor worden verkleind (< 1.0).
U stelt de slipcorrectiefactor vast met de volgende formule:
Slipcorrectiefactor =
Voer de vastgestelde slipcorrectiefactor in. Voer hiervoor de stappen 2 tot 5 van dit hoofdstuk uit.
5.5.8.3
Stuwschuif kalibreren
1. Druk de toets
Na omschakelen naar het menu SET 1
bevindt de pijl zich bovenaan en wijst deze
naar rechts.
2. Druk de toets
eenmaal kort in om de waarde de van de
stuwschuifopening (1) te kalibreren.
3. Zorg ervoor dat de stuwschuif volledig naar
beneden is.
96
Bij de slipcorrectiefactor gaat het om een empirisch vastgestelde
waarde. U moet de procedure mogelijk meermalen herhalen om de
juiste slipcorrectiefactor te bepalen.
eenmaal lang in.
eenmaal lang en
inhoud tot stuwschuif [m
Bewerkte oppervlakte [ha]
gewenste waarde van de strooihoeveelheid
werkelijke strooihoeveelheid
Fig. 49
VS 1205, VS 1605, VS 1805, VS 2005 10.16
3
]