WIJZIGEN VAN DE DISPLAY-CONDITIES
1
DISPLAY-DIMMER
■
2
U kunt de display-verlichting afstellen zodat overeenkomstig
de situatie een optimaal zicht wordt verkregen.
3
1 Druk op [MNU] om de menufunctie in te schakelen.
4
2 Kies menu-nummer 3 (Display).
5
CALL
CALL
6
7
8
9
3 Druk op [ s s s s s ] en kies subnummer 3 (Dimmer).
10
CALL
CALL
11
12
2
13
4 Druk op [SET] om in te stellen op niveau 1 (meest helder)
14
~ niveau 4 (minst helder), of om deze functie uit te
schakelen (OFF). De oorspronkelijke instelling is niveau 1.
15
16
CALL
CALL
17
18
2
19
5 Druk op [MNU] om de menufunctie te verlaten.
20
21
N-70
VOL
SQL
VOL
SQL
1
VOL
SQL
1
AUTOMATISCHE DISPLAY-DIMMER
■
Als deze functie is ingeschakeld, wordt de helderheid van het
display voor ongeveer 5 seconden een stapje versterkt bij de
bediening van een voorpaneeltoets, een microfoontoets of de
Afstemknop. De display-verlichting verandert niet wanneer
de meest heldere instelling (niveau 1) is gekozen.
1 Druk op [MNU] om de menufunctie in te schakelen.
2 Kies menu-nummer 3 (Display).
CALL
CALL
3 Druk op [ s s s s s ] en kies subnummer 4 (Auto Dimmer).
CALL
CALL
2
4 Druk op [SET] om de functie beurtelings in en uit te
schakelen (oorspronkelijke instelling).
5 Druk op [MNU] om de menufunctie te verlaten.
VOL
SQL
VOL
SQL
1