VFO SCANFUNCTIE
1
Met de VFO scanfunctie kunt u alle frequenties binnen de
afstemband doorzoeken, van de laagste frequentie tot en met de
2
hoogste frequentie. Hierbij wordt de op dat moment geldende
frequentiestap voor de band aangehouden.
3
1 Kies de gewenste band.
4
2 Druk op [VFO] (1 s).
5
•
De 1 MHz decimaalpunt knippert tijdens het scannen.
•
Het scannen begint bij de frequentie die op het display wordt
6
aangegeven.
3 Om de scan-richting om te keren, draait u aan de
7
Afstemknop of drukt op de [UP]/[DWN] toetsen van de
8
microfoon.
•
Scannen van hogere frequenties:
9
Draai de Afstemknop naar rechts of druk op [UP] van de
microfoon.
10
•
Scannen van lagere frequenties:
Draai de Afstemknop naar links of druk op [DWN] van de
11
microfoon.
12
4 Druk op de [BAND SEL] toets van de band die doorzocht
wordt of op [VFO] om de VFO scanfunctie uit te schakelen.
13
•
Bij het scannen van de zendband kunt u ook op [PTT] van
de microfoon drukken om te stoppen met scannen.
14
Deze scanfunctie werkt alleen als de squelch gesloten is.
Opmerking:
15
16
17
18
19
20
21
N-44
GEHEUGEN-SCANFUNCTIE
Met de geheugen-scanfunctie kunt u alle geheugenkanalen die
gegevens bevatten doorzoeken.
1 Kies de gewenste band.
2 Druk op [MR] (1 s).
•
De 1 MHz decimaalpunt knippert tijdens het scannen.
•
Het scannen begint bij het laatst opgeroepen
geheugenkanaal.
3 Om de scan-richting om te keren, draait u aan de
Afstemknop of drukt op de [UP]/[DWN] toetsen van de
microfoon.
•
Scannen van hogere frequenties:
Draai de Afstemknop naar rechts of druk op [UP] van de
microfoon.
•
Scannen van lagere frequenties:
Draai de Afstemknop naar links of druk op [DWN] van de
microfoon.
4 Druk op de [BAND SEL] toets van de band die doorzocht
wordt of op [MR] om de geheugen-scanfunctie uit te
schakelen.
•
Bij het scannen van de zendband kunt u ook op [PTT] van
de microfoon drukken om te stoppen met scannen.
Opmerkingen:
Om de geheugen-scanfunctie te kunnen gebruiken moeten er
◆
tenminste twee geheugenkanalen met gegevens zijn en deze mogen
niet gemarkeerd zijn voor overslaan (Lockout).
Deze scanfunctie werkt alleen als de squelch gesloten is.
◆
De L1 t/m L3 en U1 t/m U3 geheugenkanalen worden niet gescand.
◆
U kunt de geheugen-scanfunctie ook inschakelen wanneer de
◆
kanaalnummer-aanduidingsfunctie is ingesteld. Het kanaalnummer
knippert wanneer het scannen onderbroken wordt.