Het toestel instellen
Behouden windsnelheid en behouden waypointsnelheid op de gegevensbalken
De kaartplotter schakelt automatisch over tussen weergave van de behouden windsnelheid en de behouden waypointsnelheid op
de gegevensbalken.
Behouden waypointsnelheid wordt onder de volgende omstandigheden weergegeven:
• In het routedeelgedeelte van de navigatiebalk ziet u de behouden waypointsnelheid als u een route of een automatische
begeleidingslijn volgt.
• De vaarbalk toont de behouden waypointsnelheid als u een route of een automatische begeleidingslijn volgt en u het
routedeelgedeelte van de navigatiebalk uitschakelt.
Behouden windsnelheid wordt onder de volgende omstandigheden weergegeven:
• Behouden windsnelheid wordt op de vaarbalk weergegeven wanneer u niet een route aflegt of de automatische
begeleidingslijn volgt.
• De vaarbalk toont de behouden windsnelheid wanneer het routedeelgedeelte van de navigatiebalk ingeschakeld is en u een
route aflegt.
De kompaslijn in een kaart weergeven
De kompaslijn wordt boven in een kaart of een 3D-kaart weergegeven. Deze bevat de volgende informatie: de huidige
voorliggende koers en een indicatie van de peiling voor de gewenste koers tijdens het navigeren.
1. Selecteer Kaarten in het startscherm.
2. Selecteer een kaartweergave of een driedimensionale weergave van een kaart.
3. Selecteer Menu > Databalken > Kompaslijn > Aan.
Overige schepen
U kunt informatie over andere schepen tonen en instellen op de navigatiekaart, de viskaart, Perspective 3D of Mariner's Eye 3D.
OPMerKINg: uw kaartplotter moet zijn aangesloten op een extern AIS-toestel om AIS-gegevens (Automatic Identification
System) voor andere schepen te kunnen instellen. Voor MARPA is een koerssensor vereist. De koerssensor moet het
NMEA 0183-telegram HDM of HDG uitvoeren. Zie "Informatie over MARPA" (pagina 68).
Een lijst met AIS- en MARPA-gevaren weergeven
Zie "Een lijst met AIS- en MARPA-gevaren weergeven" (pagina 18).
De weergave van andere schepen configureren
OPMerKINg: Mariner's Eye 3D is beschikbaar als u een BlueChart g2 Vision-gegevenskaart gebruikt. De viskaart is
beschikbaar als u een BlueChart g2 Vision- of een BlueChart g2-gegevenskaart gebruikt, of als de geïntegreerde kaart
ondersteuning biedt voor viskaarten.
1. Selecteer Kaarten in het startscherm.
2. Selecteer Navigatiekaart, Viskaart, Perspective 3D of Mariner's eye 3D.
3. Selecteer Menu > Overige schepen > AIS-weergave-instelling.
4. Voer een van onderstaande handelingen uit:
• Selecteer Weergavebereik en geef de afstand ten opzichte van uw locatie op waarbinnen AIS-schepen zichtbaar worden.
Selecteer een afstand.
• Selecteer MArPA > Toon om informatie over schepen met MARPA-labels weer te geven.
• Selecteer Details > Toon om gegevens over andere schepen weer te geven.
• Selecteer geprojecteerde koers om de geprojecteerde koerstijd voor schepen met MARPA-labels in te stellen. Voer de
koers in. Selecteer OK.
• Selecteer Sporen om het pad van AIS-schepen te tonen. Selecteer de lengte van het spoor dat met behulp van een spoor
wordt weergegeven.
58
GPSMAP
4000/5000-serie – Gebruikershandleiding
®