Weergave van kaarten en 3D-kaarten
Getijden en stromingen weergeven en configureren
U kunt informatie over de getijden en stromingen op de navigatiekaart of viskaart weergeven.
OPMerKINg: de viskaart is beschikbaar met een voorgeprogrammeerde BlueChart g2 Vision-gegevenskaart.
1. Selecteer Kaarten in het startscherm.
2. Selecteer Navigatiekaart of Viskaart.
3. Selecteer Menu.
4. Selecteer Kaartinstelling.
5. Selecteer getijde/stromingen.
6. Voer een van onderstaande handelingen uit:
• Selecteer Aan als u de indicaties van stromingenstations en getijdenstations op de kaart wilt weergeven of Uit als u deze
wilt verbergen.
• Selecteer geanimeerd om bewegende indicaties van getijdenstations en van de richting van stromingen op de kaart weer
te geven (pagina 26).
Details over navigatiekenmerken weergeven
Op de navigatiekaart, de viskaart, Perspective 3D of Mariner's Eye 3D kunt u de details over de diverse typen navigatiemiddelen
zoals bakens, lichten en obstructies bekijken. Zie pagina 13 als u de weergave van de navigatiesymbolen wilt wijzigen.
OPMerKINg: Mariner's Eye 3D is alleen beschikbaar als u een BlueChart g2 Vision-gegevenskaart gebruikt (pagina 21). De
viskaart is alleen beschikbaar als u een BlueChart g2 Vision- of een BlueChart g2-gegevenskaart gebruikt, of als de geïntegreerde
kaart ondersteuning biedt voor viskaarten.
1. Selecteer Kaarten in het startscherm.
2. Selecteer Navigatiekaart, Viskaart, Perspective 3D of Mariner's eye 3D.
3. Selecteer een navigatiekenmerk met de cursor.
Daarop wordt het type navigatiekenmerk aangegeven, bijvoorbeeld Baken of Licht.
4. Selecteer de naam van het navigatiekenmerk (of selecteer Herzie en vervolgens de naam van het navigatiekenmerk) om de
details van het navigatiekenmerk weer te geven.
Weergave van de navigatiekaart
De oriëntatie van de kaart wijzigen
U kunt het perspectief van de kaart op de navigatiekaart of de viskaart instellen.
OPMerKINg: de viskaart is beschikbaar met een voorgeprogrammeerde BlueChart g2 Vision-gegevenskaart.
1. Selecteer Kaarten in het startscherm.
2. Selecteer Navigatiekaart of Viskaart.
3. Selecteer Menu.
4. Selecteer Kaartinstelling.
5. Selecteer Kaartweergave.
6. Selecteer Oriëntatie.
7. Voer een van onderstaande handelingen uit:
• Selecteer Noord boven om de bovenkant van de kaart naar het noorden te laten wijzen.
• Selecteer Koers boven om de bovenkant van de kaart in te stellen volgens de gegevens van de voorliggende koers die van
een koerssensor zijn ontvangen (ook wel de magnetische koers genaamd) of om de GPS-koersgegevens te gebruiken. De
koerslijn wordt verticaal op het scherm weergegeven.
• Selecteer Koers boven om de kaart zodanig in te stellen dat er op de kaart altijd naar boven wordt gevaren.
10
GPSMAP
4000/5000-serie – Gebruikershandleiding
®