Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Functieverwarming Volgens Din En 1264-4; Bezettingsverwarming Voor Het Uitdrogen Van De Dekvloer; 11.3.1 Algemene Opmerkingen - Weishaupt WPM 5.0 Bedieningshandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor WPM 5.0:
Inhoudsopgave

Advertenties

452115.66.56 · 1/2019-10 · Rei
Bedieningshandleiding
Warmtepompmanager WPM 5.0
11 Opwarmprogramma (dekvloerdroging)
11.2

Functieverwarming volgens DIN EN 1264-4

Dit programma geldt als functiecontrole voor vloerverwarmingen en wordt volgens de voor-
geschreven ligtijd van de dekvloer uitgevoerd.
Hieruit moeten eventuele gebreken aan de dekvloer en aan de vloerverwarming blijken.
1). Stap:
Gedurende 72 uur (3 dagen) moet een constante teruglooptemperatuur van
20 °C aangehouden worden.
2). Stap:
Gedurende 96 uur (4 dagen) moet de maximale teruglooptemperatuur
(instelbaar) aangehouden worden.
3). Stap:
De warmtepomp blijft uit tot de teruglooptemperatuur onder 20 °C gedaald is.
De tijdsduur van stap 3 wordt tot maximaal 72 uur begrensd omdat bij hoge buitentempera-
turen de teruglooptemperatuur van 20 °C mogelijk niet onderschreden wordt.
De functieverwarming moet ter controle van de functie van de verwarmde
vloerconstructie uitgevoerd worden. Bij cementdekvloer mag hiermee ten vroegste
21 dagen, bij calciumsulfaatdekvloer ten vroegste 7 dagen na het beëindigen van
de dekvloerwerkzaamheden begonnen worden.
Na het maken van de dekvloer en de desbetreffende ligtijd van de dekvloer alsook na het
proefstoken is het vaststellen van de gedroogde dekvloer een voorwaarde voor het aanbren-
gen van de bovenste vloerbekledingen.
11.3

Bezettingsverwarming voor het uitdrogen van de dekvloer

11.3.1 Algemene opmerkingen

Met dit programma moet de vochtigheid uit de dekvloer zodanig gereduceerd worden dat
een plaatsing van de vloerbekleding kan gebeuren.
Een meting van het vochtgehalte is toch absoluut vereist, eventueel moet een bijkomende
droging plaatsvinden.
De richtlijn voor het uitdrogen van de dekvloer bepaalt een vast aantal stappen met vastge-
legde temperaturen en perioden. Deze volgorde kan in het menu als "
zettingsverwarming
" gekozen worden.
In samenspraak met de dekvloerlegger moet in de regel het standaardprogramma gebruikt
worden. Alleen bij speciale eisen aan de opwarming is het zinvol om het voor het standaard-
programma vastgelegd verloop individueel aan te passen. Hiervoor kan in het menu "
dueel progr. bezettingsverwarming
67-76
" gekozen worden.
Standaardprogr. be
-
Indivi
-

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave