van de rand of marge van de tekening worden afgesneden, omdat de printer niet tot aan de randen van
het papier kan afdrukken.
Aanpassen aan paginaformaat: In dit geval wordt de inhoud van de oorspronkelijke afbeelding
●
geschaald met het percentage dat nodig is om ervoor te zorgen dat alle inhoud correct wordt afgedrukt
en er geen delen worden bijgesneden. Als in het geval van verkleiningen echter aanpassen aan pagina
wordt geselecteerd, is het mogelijk dat de schaalfactor geen gehele deler is van het origineel. Als de
gebruiker bijvoorbeeld een originele CAD-tekening met een schaal van 1:100 in A2 papierformaat, wil
schalen naar A3 papierformaat, dan zal de schaalfactor niet exact 50% zijn en de schaal van de
afgedrukte tekening zal niet exact 1:200 zijn. De tekening zal echter volledig worden afgedrukt zonder
dat inhoud wordt bijgesneden.
Onjuiste randdetectie, met name bij het scannen van
overtrekpapier
Overtrekpapier of doorschijnende papiersoorten kunnen met goede resultaten worden gescand, maar
volledig doorzichtig papier wordt niet ondersteund. Desondanks kan de resulterende afbeelding extra
marges hebben of kan er inhoud zijn bijgesneden in situaties waarin de detectie van de papierrand niet
nauwkeurig is. Dit kan ook optreden bij het scannen van normaal papier wanneer de glasplaat vuil is. Om
deze ongewenste effecten te vermijden, houdt u zich aan de volgende aanbevelingen.
Acties
1.
Reinig de glasplaat van de scanner en het te scannen origineel voorzichtig met een doek. Draai het
origineel 90 graden indien mogelijk en scan het vervolgens opnieuw. Vergeet niet Translucent
(Doorschijnend) te selecteren als papiersoort voor de scanner als uw origineel doorschijnend is.
2.
Als het probleem aanhoudt, kalibreer de scanner dan en scan het origineel vervolgens opnieuw.
3.
Als het probleem aanhoudt bij doorschijnend papier, bevestig dan een vel wit papier aan de achterzijde
van het te scannen origineel. Vergeet in dit geval niet White paper (Wit papier) te selecteren als
papiersoort voor de scanner.
Een gekopieerde of gescande afbeelding is zeer scheef
Originelen worden vaak ietwat scheef in de scanner geplaatst. Om dit onvermijdelijke probleem te corrigeren,
heeft de scanner een ingebouwde, automatische correctie van schuintes, die de schuinte van het origineel
meet en de gescande afbeelding draait zodat het resultaat volkomen recht is. In sommige gevallen kan de
automatische correctie van schuintes de schuinte echter verergeren in plaats van deze te corrigeren. In
andere gevallen is er sprake van een dusdanig ernstige schuinte dat deze niet automatisch kan worden
gecorrigeerd.
Om het origineel zo recht mogelijk te plaatsen, houdt u het origineel vast met de afbeelding omhoog en met
uw handen op de linker- en rechterranden. Voorkom dat uw handen op het origineel rusten of op de
invoerlade van de scanner. Duw de origineel in de invoersleuf van de scanner tot u voelt dat de volledige
bovenrand van het origineel tegen de rubberen rollen van de scanner drukt. Deze rollen laden het origineel
vervolgens met een vertraging van 0,5 seconden. Nu kunt u het origineel loslaten. Als u niet tevreden bent
over de manier waarop de scanner het origineel heeft opgepakt, kunt u drukken op het pictogram
(Uitwerpen) en het opnieuw proberen.
De automatische correctie van schuinte kan worden uitgeschakeld door te drukken op
(Instellingenpictogram) en vervolgens op Scan, copy, print quicksets (Quicksets voor scannen, kopiëren en
afdrukken), Scan quicksets (Quicksets voor scannen) of Copy quicksets (Quicksets voor kopiëren). (Mogelijk
wilt u de automatische correctie in het ene geval uitschakelen en in het andere geval niet.) U kunt de
automatische correctie van schuinte tevens bij iedere nieuwe scantaak uitschakelen in de quickset die u
gebruikt.
NLWW
Onjuiste randdetectie, met name bij het scannen van overtrekpapier 231