●
Druk op het pictogram
het papierbeheer uit te voeren.
●
Druk op het pictogram
beheren. Er verschijnt een kleiner waarschuwingspictogram als taken in de wacht staan. Zie
Taakwachtrijbeheer op pagina
●
Druk op het pictogram
inktpatroon en de printktop uit te voeren.
●
Druk op het pictogram
●
Druk op het pictogram
kunt bekijken over de printer- en scanstatus, printerinstellingen kunt wijzigen of acties kunt starten,
zoals het laden van papier of het vervangen van inktvoorraden.
●
Druk op het pictogram
aanverwante instellingen te wijzigen.
●
Druk op het pictogram
●
Druk op het pictogram
Slaapstand
Slaapstand zet de printer in een verminderde energiemodus na een periode van inactiviteit en zet het
voorpaneelscherm uit om energie te besparen. Printerfuncties kunnen worden ingeschakeld vanuit deze
modus en de printer behoudt netwerkconnectiviteit en wordt alleen wakker als dat nodig is. De printer kan
ontwaken uit de slaapstand met de Aan/uit-knop, door een afdruktaak te verzenden, of door de scanner, een
rolklep of de stapelaarklep te openen. De printer wordt binnen enkele seconden wakker. Dit duurt korter dan
bij een uitgeschakelde printer. In de slaapmodus knippert de Aan/uit-knop.
Wanneer u de tijd wilt wijzigen die verstrijkt voordat de slaapmodus actief wordt, drukt u op het
vervolgens op System (Systeem) > Printer sleep mode wait time (Wachttijd slaapmodus). U kunt een tijd
instellen tussen 5 en 240 minuten; de standaardinstelling is 30 minuten.
Printermonitoring (met de afdrukspoeler) en printerbeheer op afstand met de HP Utility en Web JetAdmin
blijven beschikbaar tijdens de slaapstand. Sommige beheertaken op afstand bieden de optie om op afstand
de printer wakker te maken wanneer er een taak gedaan moet worden.
Printersoftware
De volgende software wordt bij uw printer geleverd:
De HP-GL/2-driver voor Windows
●
De HP PCL3GUI-rasterdriver voor Mac OS X (non-PostScript-printers)
●
PostScript-drivers voor Windows en Mac OS X (PostScript-printers)
●
NLWW
(Papierstatus) om de status van het papier te bekijken en handelingen aan
(Taakwachtrij) om de afdruk- en scantaakwachtrijen weer te geven en te
100.
(Inktvoorziening) om de inktstatus te bekijken en handelingen aan de
(Printkopstatus) om de status van de printkop te bekijken.
(Instellingen) om naar het configuratiescherm te gaan, waar u informatie
(Connectiviteit) om de netwerk- en internetstatus te bekijken en
(Printerinformatie) om informatie over de printer te bekijken.
(Gebruik) om gebruiksrapporten te zien.
en
Printersoftware
11