11. Problemen oplossen
2. Statuspictogrammen
Er verschijnt een statuspictogram op het bedieningspaneel als er papier wordt bijgevuld of als papierstoringen
opgelost worden. Voor meer informatie over de mogelijke statuspictogrammen, zie Pag. 426 "Als er een
statuspictogram wordt weergegeven".
3. Meldingen
Berichten worden op het bedieningspaneel weergegeven om de status van het apparaat aan te geven, zoals
foutmeldingen en statusmeldingen. Voor meer informatie over de problemen waardoor deze berichten
worden weergegeven en de probleemoplossing ervan, raadpleegt u Pag. 438 "Als er berichten worden
weergegeven".
Als er een statuspictogram wordt weergegeven
Dit gedeelte verklaart de statuspictogrammen die worden weergegeven als het apparaat de gebruiker
vraagt om vastgelopen papier te verwijderen, papier bij te vullen of andere procedures uit te voeren.
Statuspictogram
: Papierstoring
: Vastgelopen origineel
: Papier toevoegen
: Toner bijvullen
: Nietjes bijvullen
: Tonerafvalfles vol
426
Verschijnt wanneer papier is vastgelopen.
Voor meer informatie over het verwijderen van vastgelopen
papier raadpleegt u Pag. 514 "Vastgelopen papier
verwijderen".
Verschijnt wanneer een origineel fout wordt ingevoerd.
Voor meer informatie over het verwijderen van vastgelopen
papier raadpleegt u Pag. 514 "Vastgelopen papier
verwijderen".
Verschijnt als het papier op is.
Voor meer informatie over het plaatsen van papier, zie
Pag. 181 "Papier plaatsen".
Verschijnt als de toner op is.
Voor meer informatie over het bijvullen van toner
raadpleegt u Pag. 544 "Toner bijvullen".
Verschijnt als de nietjes op zijn.
Voor meer informatie over het bijvullen van nietjes
raadpleegt u Pag. 549 "Nietjes bijvullen".
Verschijnt wanneer de tonerafvalfles vol is.
Voor meer informatie over het vervangen van de
tonerafvalfles raadpleegt u Pag. 547 "De tonerafvalfles
vervangen".
Status