4. Pictogram voor ingelogde gebruiker
Deze toets wordt weergegeven wanneer gebruikersverificatie is ingeschakeld. Wanneer u op het pictogram
drukt terwijl [Inloggen] wordt weergegeven, verschijnt het inlogscherm. Als u al op het apparaat bent
ingelogd, wordt de naam van de ingelogde gebruiker weergegeven. Druk op het pictogram terwijl u ingelogd
bent om uit te loggen op het apparaat.
Voor meer informatie over het in- en uitloggen, zie Pag. 142 "Inloggen op het apparaat".
5. Functietoetsen
Voor meer informatie, zie Pag. 109 "De modus wijzigen door op een functietoets te drukken".
6. Pictogram van toepassingenlijst
Druk hierop om de lijst met toepassingen weer te geven. U kunt snelkoppelingen maken naar de toepassingen
op het [Home]-scherm.
Als u een toepassing wilt gebruiken die wordt weergegeven op het tabblad [Widgets] en [Programmeren],
maakt u een snelkoppeling voor de toepassing in het [Home]-scherm. Voor meer informatie, zie
Voorbereiding. Home
7. Pictogrammen om tussen schermen te wisselen
Druk hierop om tussen de vijf home-schermen te wisselen. De pictogrammen verschijnen aan de onderkant
rechts en links van het scherm. Het aantal pictogrammen geeft het aantal schermen weer aan weerszijden van
het huidige scherm.
8. [Teller]
Druk hierop om het totale aantal afgedrukte vellen weer te geven of af te drukken. Zie Pag. 563 "Teller".
9. [Media-informatie]
Haal de aangesloten SD-kaart of het USB-geheugenopslagapparaat uit de mediasleuf. Voor meer informatie,
zie Voorbereiding.
10. Bericht besturing op afstand
Dit geeft de verbindingsstatus weer wanneer u via een computer of tablet bent verbonden met het
bedieningspaneel. Voor meer informatie over "Paneelbesturing op afstand", zie Pag. 77 "Verbinding op
afstand vanaf een computer of tablet met het bedieningspaneel toestaan".
11. [Menu]
Hiermee wordt het menuscherm weergegeven van de toepassing die u gebruikt. Afhankelijk van de
toepassing die u gebruikt, is deze toets mogelijk niet beschikbaar. U kunt deze toets ook in het [Home]-scherm
indrukken om de instellingen in het [Home]-scherm terug te zetten op de standaardwaarden.
12. [Home]
Druk hierop om het [Home]-scherm weer te geven.
13. [Terug]
Druk op deze toets om terug te gaan naar het vorige scherm terwijl Schermeigenschappen is ingeschakeld of
er toepassingen worden gebruikt. Afhankelijk van de toepassing die u gebruikt, is deze toets mogelijk niet
beschikbaar. U kunt in sommige toepassingen opgeven of deze toets moet worden ingeschakeld of niet. Voor
meer informatie over de instellingen, zie Apparaatbeheer.
14. Systeembericht
Hiermee worden berichten van het systeem en de toepassingen van het apparaat weergeven.
/
/
Het [Home]-scherm gebruiken
107