Plaats uw duim en wijsvinger op het scherm en spreid uw vingers uit elkaar om het scherm in te
zoomen. Dubbeltikken kan ook effectief zijn voor deze bewerking.
• Vegen
Veeg met uw vinger naar rechts of links op het scherm om tussen schermen te wisselen.
• Lang tikken
Plaats uw vinger op het scherm en houd deze op het scherm tot het volgende scherm wordt
weergegeven. U kunt het menuscherm weergeven van de gebruikte toepassing.
• Slepen
Zet uw vinger op het scherm en sleep hem vervolgens over het scherm. U kunt een pictogram
slepen naar de gewenste plek op het scherm.
DWP062
DWP063
DWP064
Het [Home]-scherm gebruiken
117