Apparaat bedienen
nl
1Apparaat bedienen
U heeft de bedieningselementen en hun werking al
A p p a r a a t b e d i e n e n
leren kennen. Nu leggen we uit hoe u het apparaat
instelt. U komt te weten wat er bij het in- en uitschakelen
gebeurt en hoe u de functies instelt.
Apparaat in- en uitschakelen
Uw apparaat moet eerst ingeschakeld worden voordat
u iets kunt instellen.
Aanwijzing: Het kinderslot kan alleen worden ingesteld
als het apparaat uitgeschakeld is. Sommige indicaties
blijven ook te zien op het display wanneer het apparaat
uitgeschakeld is.
Schakel het apparaat uit wanneer u het niet nodig heeft.
Wanneer er langere tijd niets is ingesteld, gaat het
apparaat automatisch uit.
Apparaat inschakelen
Tip op het veld #.
Op het display verschijnt een standaardwaarde in de
focus. Het apparaat is klaar voor gebruik.
In de afzonderlijke hoofdstukken kunt u nalezen hoe u
de functies instelt.
Apparaat uitschakelen
Tip op het veld #.
Een eventueel lopende functie wordt afgebroken.
Op het display verschijnt de tijd.
Aanwijzing: U kunt in de basisinstellingen vastleggen
of de tijd wel of niet wordt weergegeven wanneer het
apparaat uitgeschakeld is.
Gebruik
Enkele bedieningsstappen zijn bij het gebruik van alle
functies gelijk. Hierna leert u de fundamentele
bedieningsstappen kennen.
In werking stellen
Tip op het veld n.
De instellingen worden weergegeven op de
display.Wanneer er een tijdsduur is ingesteld, loopt
deze zichtbaar af.
Aanwijzing: Ook door het openen van de apparaatdeur
wordt het programma stopgezet. Apparaatdeur sluiten
en op het veld n tippen.
Werking onderbreken
Op het veld n tippen of de apparaatdeur openen.
1.
De werking wordt onderbroken, de LED n knippert.
De apparaatdeur sluiten.
2.
Tip op het veld n.
3.
De werking wordt voortgezet, de LED n brandt.
112
Functie instellen.
Nadat er een functie gekozen is, verschijnen de
voorgestelde waarden op het display. U kunt deze
instelling direct starten.
In principe geldt:
In het betreffende veld op de gewenste functie
1.
tippen.
In het instelgebied andere instellingen uitvoeren.
2.
Tip op het veld n.
3.
Het programma wordt gestart.
Verwarmingsmethode en temperatuur
instellen
Het voorbeeld in de afbeelding: Hete lucht › bij 200°C
Tip op het veld 8.
1.
Standaard is de verwarmingsmethode Hete lucht ›
ingesteld. Op het display verschijnt als voorgestelde
temperatuur 160°C.
Tip op het veld F.
2.
De temperatuur staat in de focus.
In het instelgebied de temperatuur op 200°C
3.
instellen.
Tip op het veld n.
4.
Het apparaat begint op te warmen. De
temperatuurindicatie wordt gevuld.
U kunt de temperatuur op elk moment in het
instelgebied veranderen.
Aanwijzing: Na het opwarmen zijn geringe
temperatuurschommelingen normaal, afhankelijk van
de verwarmingsmethode.