U mag het compact reservewiel niet
gebruiken op de achteras wanneer
u een ander voertuig trekt. Installeer
het compact reservewiel daarom op
de vooras en een volwaardige wiel op
de achteras.
Sneeuwkettingen 3 183.
Draairichtinggebonden banden
Draairichtinggebonden banden zo
monteren dat ze in de rijrichting afrol‐
len. De draairichting is herkenbaar
aan een symbool (bijv. een pijl) op de
zijwand van de band.
Voor banden die tegen de draairich‐
ting in gemonteerd zijn geldt:
■ Rijeigenschappen worden mogelijk
nadelig beïnvloed. Defecte band zo
spoedig mogelijk laten vervangen
of repareren.
■ Bij regen en sneeuw bijzonder
voorzichtig rijden.
Starthulp gebruiken
Niet starten met behulp van een snel‐
lader.
Bij een ontladen accu kan de motor
worden gestart met hulpstartkabels
en de accu van een andere auto.
9 Waarschuwing
Hulpstartkabels alleen met de ui‐
terste voorzichtigheid gebruiken.
Elke afwijking van de onder‐
staande instructies kan letsel of
schade als gevolg van het explo‐
deren van de accu's en schade
aan de elektrische systemen van
beide auto's tot gevolg hebben.
9 Waarschuwing
Laat de accu niet in contact komen
met de ogen, huid, weefsels en
lakwerk. De vloeistof bevat zwa‐
velzuur, dat bij direct contact letsel
en schade kan veroorzaken.
Verzorging van de auto
■ De accu nooit aan vonken of open
vuur blootstellen.
■ Een ontladen accu kan al bij tem‐
peraturen rond 0 °C bevriezen. Be‐
vroren accu ontdooien alvorens
hulpstartkabels aan te sluiten.
■ Bij werkzaamheden aan de accu
oogbescherming en bescher‐
mende kleding dragen.
■ Hulpstartaccu met dezelfde span‐
ning (12 volt) gebruiken. De capa‐
citeit (Ah) mag niet veel minder zijn
dan die van de ontladen accu.
■ Hulpstartkabels met geïsoleerde
aansluitklemmen en een diameter
van minstens 16 mm
motoren 25 mm
2
) gebruiken.
■ De ontladen accu niet van het
boordnet loskoppelen.
■ Alle onnodige stroomverbruikers
uitschakelen.
■ Tijdens de hulpstart niet over de
accu leunen.
■ De aansluitklemmen van de ene
kabel mogen die van de andere niet
raken.
191
(bij diesel‐
2