170
Verzorging van de auto
3. Achterlicht-unit verwijderen.
4. Vergrendelingslipjes losmaken en
lamphouder verwijderen.
5. Gloeilamp iets in lamphouder du‐
wen, linksom draaien, verwijderen
en nieuwe gloeilamp plaatsen.
Achterlicht/remlicht (1)
Richtingaanwijzer (2)
Mistachterlicht, mogelijk slechts
aan één kant (3)
Achteruitrijlicht (4)
6. Lamphouder in achterlicht-unit
vastklikken. Stekker aansluiten.
Achterlicht-unit in carrosserie
aanbrengen en borgmoeren vast‐
draaien. Aan de rechterkant het
bakje met de bandenreparatieset
aanbrengen. Zijafdekking ver‐
grendelen. Bevestiging voor ba‐
gagerolhoes bagageruimte aan
de linkerzijde vergrendelen.
7. Na het vervangen van de gloei‐
lampen, achterlichten op correcte
werking controleren: ontsteking
inschakelen, rem bedienen, zij‐
markeringslichten inschakelen.
Zijrichtingaanwijzers
Gloeilampen door een werkplaats la‐
ten vervangen.
Kentekenplaatverlichting
1. Schroevendraaier in lamphuis
steken, opzij duwen en veer ont‐
grendelen.