Boost grens
P215
(Boost grens)
0 ... 200 %
Alleen zinvol bij lineaire karakteristiek (P211 = 0% und P212 = 0%).
{ 0 }
Voor aandrijvingen die een hoog aanloopkoppel vereisen, bestaat de mogelijkheid om met deze
parameter een additionele stroom in de startfase toe te voegen. De werkingtijd daarvan is begrensd
en kan in de parameter >Tijd tijdbegrensde boost< P216 worden geselecteerd.
Alle mogelijkerwijze ingestelde stroom- en koppelstroomgrenswaarden (P112, P536, P537) zijn
tijdens de boosttijd gedeactiveerd.
OPMERKING:
Bij actieve ISD-regeling (P211 en/of P212 ≠ 0%) leidt een parameterinstelling van P215 ≠ 0 tot een
verstoring van de regeling.
Tijd boost grens
P216
(Tijd boost grens)
0.0 ... 10,0 s
Deze parameter wordt voor 3 functionaliteiten gebruikt:
{ 0,0 }
Tijdlimiet
Alleen bij lineaire karakteristiek (P211 = 0% en P212 = 0%).
Tijdlimiet voor de onderdrukking van de pulsafschakeling P537: maakt een zware start mogelijk
Tijdlimiet voor de onderdrukking van de foutafschakeling in de parameter P401, instelling { 05 }
„0 - 10V met foutafschakeling 2"
Oscillatiedemping
P217
(Oscillatiedemping)
0 ... 400 %
Met de oscillatiedemping kunnen oscillaties bij onbelaste draaien van de motor worden gedempt. De
parameter 217 is een maatstaf voor het dempingvermogen.
{ 10 }
Bij de oscillatiedemping wordt uit de koppelstroom met een hoogdoorlaatfilter het oscillatieaandeel
uitgefilterd. Dit wordt met P217 versterkt en omgekeerd naar de uitgangsfrequentie geschakeld.
De limiet voor de bijgeschakelde waarde is eveneens proportioneel aan P217. De tijdconstante voor
het hoogdoorlaatfilter hangt van P213 af. Bij hoge waarden van P213 wordt de tijdconstante lager.
Bij een ingesteld waarde van 10% bij P217 worden maximaal ± 0,045Hz bijgeschakeld. Bij 400% in
P217 dus ± 1,8Hz.
De functie is niet actief in de "Servomodus, P300".
Modulatiegraad
P218
(modulatiegraad)
50 ... 110 %
Deze instelwaarde beïnvloed de maximale mogelijke uitgangsspanning van de frequentieomvormer
in relatie tot de netspanning. Waarden van <100% reduceren, wanneer dit voor motoren vereist is,
{ 100 }
de spanning tot waarden onder de netspanning. Waarden van >100% verhogen de uitgangsspanning
bij de motor, hetgeen tot verhoogde harmonische stromen leidt en bij enkele motoren oscillaties tot
gevolg kan hebben.
In normale gevallen dient hier 100% te worden ingesteld.
BU 0250 nl-3920
boostgrens:
voor
de
effectieve
tijd
voor
de
5 Parameter
S
P
S
P
verhoogde
opstartstroom.
S
P
S
99