5.2.4 Regelparameters
In combinatie met een incrementele HTL-encoder kan via de digitale ingangen 2 en 3 van de
frequentieomvormer een gesloten toerentalregelkring worden opgebouwd.
Als alternatief kan het incrementele encodersignaal ook anderszins worden gebruikt. Daarvoor moet in
de parameter P325 de gewenste functie worden geselecteerd.
Om deze parameters zichtbaar te maken, moet de Supervisorparameter P003 = 2/3 worden ingesteld.
Parameter
Instelwaarde / beschrijving / aanwijzing
{fabrieksinstelling}
Servo-modus
P300
(Servo-modus)
0 ... 2
Deze parameter definieert het regelproces voor de motor. Er moet rekening worden gehouden met
bepaalde randvoorwaarden. Vergeleken met de instelling "0" maakt de instelling "2" een hoger
{ 0 }
dynamisch bereik en een hogere regelnauwkeurigheid mogelijk, maar dit vereist een hogere
parametreringsinspanning. De instelling "1" werkt echter met toerentalterugkoppeling van een
encoder en maakt de hoogst mogelijke toerentalkwaliteit en -dynamiek mogelijk.
0 =
1 =
2 =
OPMERKING:
Inbedrijfstellingsinstructies:
motorbesturing").
1)
2)
Als een IE4-motor in de modus CFC closed-loop wordt gebruikt, moet de volgende
slipfoutbewaking worden geactiveerd (P327 ≠ 0).
BU 0250 nl-3920
Uit (VFC open-loop) 1)
Aan (CFC closed-loop) 2)
Obs (CFC open-loop)
( paragraaf 4.3
Komt overeen met de voorgaande instelling "OFF"
Komt overeen met de voorgaande instelling "ON"
Informatie
Frequentie-
omvormer
Toerentalregeling zonder encoderterugkoppeling
Toerentalregeling met encoderterugkoppeling
Toerentalregeling zonder encoderterugkoppeling
"Selectie
van
Bedrijf van een IE4-motor
met (P330), instelling 1 = Aan (CFC closed-loop)
5 Parameter
Supervisor
Parameterset
P
de
bedrijfsmodus
voor
103
de