De remmen dienen voor het stoppen van de rijdende schrobzuigmachine en om de machine op hellende
oppervlakten stil te laten staan.
1. Het remsysteem werkt op de achterwielen door middel van klemmen 2 fi g.11
2. De rembediening 1 fi g.11 is mechanisch.
3. Voor het blokkeren van de parkeerrem, als volgt te werk gaan:
A) Druk de pedaal 1 fi g.3 helemaal in;
B) Druk het hendeltje 2 fi g.3 in om de schrobzuigautomaat in de parkeerstand te blokkeren.
Om de schrobzuigautmaat weer te gebruiken, duwt u even de rempedaal in en laat u deze weer los.
Hiermee maakt u het hendeltje 2 fi g.3 los en werkt de rempedaal 1 fi g.3 weer normaal.
4. Wanneer de klemmen de machine niet voldoende blokkeren, de rem regelen met behulp van de
registerschroeven 3 fi g.3.
Attentie!
De rem tenminste een keer in de drie maanden controleren en registreren.
A19.1830 - 10/2005 - 158969
REMMEN
(fi g.11)
DRIVE
51