1) Rempedaal en hendeltje om de schrobzuigautomaat in de parkeerstand te blokkeren
De pedaal 1 dient om te remmen tijdens het rijden of schrobben.
Het hendeltje 2 blokkeert de rempedaal en blokkeert de schrobzuigautomaat in de parkeerstand. (zie het
hoofdstuk "REMMEN")
2) Gaspedaal
Om de rijsnelheid of achteruitrijsnelheid van de schrobzuigautomaat te bedienen.
3) Hendel openen/sluiten kraan
Zet de toevoer van het spoelmiddel naar de borstels open of dicht en regelt de hoeveelheid.
Stand 0 Kraan dicht
Stand 1-4 Kraan open, regelt de toevoer naar de borstels.
4) Bedieningsknop voor de aanzuigfunctie en het naar onder zetten van de vloerwisser.
Zet de zuigmotor aan en laat de vloerwisser zakken.
Pos. "stop" motor uit, vloerwisser naar boven.
Pos. "ventilator" motor aan, vloerwisser naar onder.
5) Hoofdschakelaar met sleutel
Bedient het inschakelen van alle elektrische bedieningen.
Stand "0": bedieningen uitgeschakeld
Stand "1": bedieningen ingeschakeld
6) Verklikker (groen) kraan open
Het branden van de verklkker betekent dat de vloeistofkraan openstaat.
7) Clacson
Bedient de clacson.
8) Display alarmmeldingen en batterij (modellen Drive S/2 - RS/2)
Geeft informatie over de gewerkte uren, de conditie van de batterij en signaleert alarmsituaties zoals
bijvoorbeeld : AL 66 Batterij leeg (zie BESCHRIJVING ALLARMEN)
9) Verklikker (oranje) reserve reinigingsvloeistof
als dit lampje gaat branden, betekent dit dat het spoelmiddel in de tank bijna op is.
A19.1830 - 10/2005 - 158969
BESCHRIJVING BEDIENING
(Fig.3)
DRIVE
21