5.6.2
Inbedrijfstelling CANopen
Bouw het CANopen-netwerk volgens de afbeelding in hoofdstuk "Configuratie
veldbus" (→ 2 39) op.
•
•
•
•
•
Stel de regelaar volgens de beschrijving in de paragraaf "Eenvoudige
inbedrijfstelling" (→ 2 42) in bedrijf.
Zet parameter
P-12
op "7" of "8" om de frequentieregelaar via CANopen aan te
sturen.
– 7 = besturingswoord en toerentalsetpoint via CANopen, integratortijden con-
form definitie P-03/P-04.
– 8 = besturingswoord, toerentalsetpoint en integratortijd via CANopen.
Zet P-14 op "101" voor toegang tot het uitgebreide menu.
Stel de waarden in P-36 als volgt in:
– Voor een uniek adres kiest u voor een instelling tussen "1" en "63".
– De baudrate is af fabriek ingesteld op "500 kBaud" (fabrieksinstelling). Voor
een andere baudrate selecteert u P-36. Houd er hierbij rekening mee dat de
baudrates van master en frequentieregelaar altijd identiek moeten zijn.
– Leg het gedrag van de frequentieregelaar bij een tijdsoverschrijding vast als de
communicatie onderbroken is:
– 0: met de laatst gebruikte gegevens verder werken (fabrieksinstelling).
– t_xxx: fout na een deceleratie van xxx milliseconden. De fout moet gereset wor-
den.
– r_xxx: frequentieregelaar wordt langs een integrator tot stilstand gebracht als
de tijd van xxx milliseconden is afgelopen. Er wordt automatisch opnieuw ge-
start als de gegevens worden ontvangen.
Sluit de frequentieregelaar aan op een geschikte CANopen-master, zoals in para-
graaf
"Communicatiebus
veldbus" (→ 2 39) beschreven.
RJ45" (→ 2 31)
en
Technische handleiding – MOVITRAC
Inbedrijfstelling
Inbedrijfstelling via veldbus
hoofdstuk
"Configuratie
®
LTE-B+
5
49