242
Verzorging van de auto
Sproeiervloeistof
Te gebruiken middelen
Lees vóór gebruik de aanwijzingen
van de fabrikant wanneer er sproei-
ervloeistof moet worden toege-
voegd. Als u uw auto gebruikt in
gebieden waar de temperatuur tot
onder het vriespunt kan dalen,
gebruik dan een vloeistof die
voldoende bescherming tegen
bevriezing biedt.
Sproeiervloeistof bijvullen
Open de dop met het sproeiersym-
bool. Vul sproeiervloeistof bij totdat
het reservoir vol is. Zie Overzicht
motorruimte 0 226 voor de locatie
van het reservoir.
Voorzichtig
Gebruik geen sproeiervloei-
stof met een toevoeging die
voor een waterafstotende
laag zorgt. Anders kunnen
de wisserbladen gaan
klapperen of overspringen.
Gebruik geen koelvloeistof
(antivries) voor de voorruits-
proeier. Hierdoor kunnen
het sproeiersysteem en de
lak beschadigd raken.
Voeg geen water toe aan
kant-en-klare sproeiervloei-
stof. Door het water kan de
oplossing bevriezen,
waardoor het sproeiervloei-
stofreservoir en andere
onderdelen van het sproei-
ersysteem beschadigd
kunnen raken.
Volg bij gebruik van gecon-
centreerde sproeiervloeistof
de aanwijzingen van de
fabrikant voor het toevoegen
van water.
(Vervolg)
Voorzichtig
(Vervolg)
Vul het sproeiervloeistofre-
servoir slechts tot driekwart
als het erg koud is. Hierdoor
kan de vloeistof uitzetten als
deze bevriest, anders zou
het reservoir beschadigen
als het helemaal vol zat.
Remmen
De schijfremblokken hebben
ingebouwde slijtage-indicatoren die
een hoge waarschuwingstoon
afgeven als de remblokken zijn
versleten en moeten worden
vervangen. Dit geluid kan opkomen
en verdwijnen of kan tijdens het
rijden voortdurend klinken, tenzij het
rempedaal stevig wordt ingetrapt.
Waarschuwing
Dit waarschuwingssignaal voor
remslijtage houdt in dat de
remmen op korte termijn niet
(Vervolg)