Instellingen voor de opnamefunctie
In dit gedeelte worden de instellingen besproken die specifiek zijn voor
filmopnamen.
Q Snel instellen
Wanneer u op de knop <Q> drukt terwijl de opname op het LCD-
scherm wordt weergegeven, kunt u de witbalans, de beeldstijl, Auto
Lighting Optimizer (Auto Helderheid Optimalisatie), de opnamekwaliteit
(voor foto's), de filmopnamegrootte en de AF-modus instellen.
De instelling voor de opnamekwaliteit is zichtbaar in alle opnamemodi.
3 Menufunctie-instellingen
130
Druk op de knop <Q>.
1
De instelbare functies zijn blauw
gemarkeerd.
Als <f> is geselecteerd, worden
ook de AF-punten weergegeven.
Selecteer een functie en stel
2
deze in.
Druk op de toets <S> om de in te
stellen functie te selecteren.
De naam van de geselecteerde
functie wordt onderaan weergegeven.
Draai aan het instelwiel <6> om de
instelling te wijzigen.
Open het filmmenu.
De menu-opties op de tabbladen
[n] en [o] worden hieronder
toegelicht.