Voorbereidende maatregelen
Maatregelen voor het uitvoeren
BA ET18, 20, 24 nl * 1.5 * Sicherheit_12072013.fm
•
Een waarschuwingsbord aan de bedieningselementen aanbrengen
(bijv. "Er wordt onderhoud aan het voertuig uitgevoerd, niet starten").
•
Voor het uitvoeren van montagewerkzaamheden aan het voertuig, te
onderhouden plaatsen afsteunen en ook geschikte hef - en steunin-
richtingen voor het vervangen van onderdelen van meer dan 9 kg (20
lbs.) gebruiken.
•
Onderhoudswerkzaamheden enkel uitvoeren wanneer:
- het voertuig op een vlakke en stevige ondergrond is neergezet
- het voertuig beveiligd is tegen wegrollen (bijv. parkeerrem, blokken) en al
het aanbouwgereedschap/de werkuitrusting op de bodem zijn gezet
- de motor uit is
- de contactsleutel is uitgetrokken
- het hydraulische systeem drukontlast is
•
Als onderhoudswerkzaamheden onder een opgetild voertuig/
aanbouwgereedschap nodig zijn, moeten deze veilig en stabiel onder-
bouwd worden (bijv. hefbrug, onderzetbokken).
•
Alleen hydraulische cilinders of krikken beveiligen een opgetild
voertuig/aanbouwgereedschap niet voldoende.
•
Alleen die onderhoudswerkzaamheden uitvoeren, die in deze
handleiding beschreven zijn.
•
Alle niet beschreven werkzaamheden dienen door gekwalificeerd en
geautoriseerd vakpersoneel te worden uitgevoerd.
•
Onderhoudsschema aanhouden – zie onderhoudsschema.
•
Bij onderhoudswerkzaamheden boven de lichaamshoogte daarvoor
bestemde of andere veilige opstaphulpen en werkplatforms gebruiken.
Gebruik voertuigonderdelen of aanbouwgereedschap niet als
opstaphulp.
•
Gebruik aanbouwgereedschap/de werkuitrusting niet als hefplateau
voor personen.
•
Opstaphulpen (bijv. grepen, treden, leuningen) vrij houden van vuil,
sneeuw en ijs.
•
Voor werkzaamheden aan het elektrische systeem, minpool van de
accu afklemmen.
Veiligheid
2
2-15