Revisie
2.8
Wegslepen, verladen en transporteren
Wegslepen
BA ET18, 20, 24 nl * 1.5 * Sicherheit_12072013.fm
•
Voor het aan- of afkoppelen van de hydraulische verbindingen:
- De motor afzetten
- Druk ontlasten van het hydraulisch systeem
•
Voor het opnemen en neerzetten van aanbouwgereedschap is
bijzondere voorzichtigheid vereist:
- Aanbouwgereedschap overeenkomstig de handleiding opnemen en
goed vergrendelen.
- Aanbouwgereedschap alleen op een stevige, effen ondergrond
neerzetten en beveiligen tegen kantelen en wegrollen.
•
Voertuig en aanbouwgereedschap alleen in bedrijf nemen als:
- Veiligheidsinrichtingen werkend zijn aangebracht.
- Verlichtings- en hydraulische verbindingen gemaakt en werkzaam
zijn.
•
Na het vergrendelen van het aanbouwgereedschap een visuele
controle van de vergrendeling uitvoeren.
•
Bij het opnemen en neerzetten van aanbouwgereedschap mag
niemand zich tussen voertuig en aanbouwgereedschap bevinden.
•
Gevarengebied zeer ruim afsluiten.
•
Er mogen geen personen in het gebied van de wegsleepstang of de
wegsleepkabel aanwezig zijn. Als veiligheidsafstand geldt de 1,5-
voudige lengte van het wegsleepmiddel.
•
Voorgeschreven transportstand, toegestane snelheid en wegafstand
aanhouden.
•
Als trekvoertuig moet een voertuig worden gebruikt dat minstens van
dezelfde gewichtsklasse is. Verder moet het trekvoertuig met een
veilig remsysteem en voldoende trekkracht zijn uitgerust.
•
Alleen door een keurings- / certificeringsinstelling toegestane
wegsleepstangen of wegsleepkabel gebruiken, controle-intervallen
aanhouden.
•
Geen vervuilde, beschadigde of niet voldoende gedimensioneerde
wegsleepstangen of wegsleepkabels gebruiken.
•
Wegsleepstangen of wegsleepkabels alleen aan de gedefinieerde
punten bevestigen.
•
Uitsluitend conform deze gebruiksaanwijzing wegslepen, om schade
aan het voertuig te vermijden.
•
Bij het wegslepen op openbare straten / plaatsen de nationale
voorschriften in acht nemen (bijv. verlichtingsvoorschriften).
Veiligheid
2
2-11