1
afb.222Bovenwagen kantelen / neerlaten
BA ET18, 20, 24 nl * 1.5 * et18_20_24b510.fm
AANWIJZING
Kantelgevaar van het voertuig. Beschadiging van het voertuig door
openstaande deuren en afdekkingen.
► Rustige en langzame bewegingen uitvoeren met het voertuig.
► Alle deuren en afdekkingen moeten bij het hellen gesloten zijn.
► Het overhellen mag alleen op draagkrachtige ondergrond worden
uitgevoerd.
► Het overhellen mag alleen worden uitgevoerd als het voertuig stilstaat
en er zich geen laadgoed in het aanbouwgereedschap bevindt.
► Het aanbouwgereedschap niet plotseling draaien, laten zakken of
neerzetten.
► Het armsysteem niet plotseling uit- of terugtrekken.
► De maximale zijdelingse hellingshoek van 10° mag niet worden
overschreden.
► De maximale stijgingshoek van 15° mag niet worden overschreden. De
maximale hellingshoek van 15° mag niet worden overschreden.
► Het voertuig zo op de helling zetten, dat de bovenwagen geheld naar
de helling staat.
AANWIJZING
Botsing van het voertuig met een muur of delen van een gebouw.
► Bij werkzaamheden in de onmiddellijke nabijheid van een muur of
delen van gebouwen dient erop gelet te worden dat er geen botsing
plaatsvindt bij het hellen van de bovenwagen.
Met het hydraulisch, traploos hellen van de bovenwagen met maximaal
15° kunnen stijgende of dalende stukken van maximaal 27%
gecompenseerd worden.
Bovenwagen laten zakken:
1. Schakelaar 1 naar achteren drukken en ingedrukt houden.
2
2. Rechter stuurhendel 2 naar rechts duwen.
➥ Bovenwagen gaat omlaag.
3. Als de gewenste hellingshoek is bereikt, stuurhendel 2 in de nulstand
terugbrengen en knop 1 loslaten.
Bovenwagen kantelen:
1. Schakelaar 1 naar achteren drukken en ingedrukt houden.
2. Rechter stuurhendel 2 naar links duwen.
➥ Bovenwagen wordt gekanteld.
3. Als de gewenste hellingshoek is bereikt, stuurhendel 2 in de nulstand
terugbrengen en knop 1 loslaten.
Bediening
5
5-61