Eisen van EN 60079-2 Bijlage D
Eisen van EN 60079-14
AO2000 CONTINUE GASANALYSATORS
Temperatuur van het ontstekingsbeschermingsgas bij de
spoelgasingang: Indien nodig moeten er metingen worden uitgevoerd
om condensatie en bevriezing te voorkomen.
Als de toevoerleiding van het beschermingsgas naar een compressor
door een potentieel explosieve atmosfeer leidt, moet deze uit een
onbrandbaar materiaal bestaan en tegen mechanische beschadiging en
corrosie worden beschermd.
Energie voor het ontstekingsbeschermingsgas: De elektrische energie
van ontstekingsbeschermingsgasvoorzieningen (blower, compressor,
enz.) moet ofwel uit een aparte voedingsbron worden gehaald ofwel uit
de voedingszijde van de elektrische isolator (contactor) van de onder
druk staande behuizing worden gehaald.
De maximale druk en het maximale debiet van de brandbare stof in het
inperkingssysteem mogen de opgegeven ontwerpwaarden niet
overschrijden (zie paragraaf "Technische gegevens", zie pagina 20).
De voedingsdruk van het meetgas en het beschermgas moeten door de
operator volgens de maximale druk begrensd worden (zie paragraaf
"Technische gegevens", zie pagina 20).
De toevoerleidingen moeten bestand zijn tegen 1,5 maal de normale
druk: meetgasvoorziening 3 hPa x 1,5 = 4,5 hPa, spoelgasvoorziening
50 hPa x 1,5 = 75 hPa.
De voor de leidingen en hun aansluitingen gebruikte materialen mogen
niet worden aangetast door het gespecificeerde
ontstekingsbeschermingsgas of door de brandbare gassen en dampen
waarin ze worden gebruikt.
De pijpleidingen moeten in een niet-explosief gebied worden aangelegd,
voor zover dat redelijkerwijs mogelijk is.
Pijpleidingen voor het uitblazen van het ontstekingsbeschermingsgas
moeten hun uitgang in het niet-gevaarlijke gebied hebben.
Als de interne druk of debiet van het beschermgas onder de opgegeven
minimumwaarde daalt, wordt het drukverlies gesignaleerd door middel
van een foutstatus aan de digitale uitgang (zie apparaatpas). De
operator moet ervoor zorgen dat dit signaal zodanig wordt
weergegeven dat het onmiddellijk zichtbaar. Het overdruksysteem moet
zo snel mogelijk worden gerepareerd; anders moet de meetgastoevoer
handmatig worden uitgeschakeld.
De gespecificeerde minimale spoeltijd voor het drukvolume van de
analysator omvat het leidingwerk in de gasanalysator. De spoeltijd moet
worden verlengd met de tijd die nodig is om het vrije volume van de
aangesloten leidingen (toevoerleidingen), die geen deel uitmaken van
het apparaat, te spoelen met ten minste vijf keer hun volume bij het
laagste debiet van 15 l/u.
De temperatuur van het ontstekingsbeschermingsgas mag niet hoger
zijn dan 40 °C aan de ingang van de behuizing.
|
CI/AO2000-NL REV. C
17