Service starten
Procedure
Stap 1
Kies in Cisco Unified Communications Manager Apparaat > Telefoon en klik op Zoeken om de telefoon
met de problemen te vinden.
Stap 2
Kies Verwijderen om de telefoon te verwijderen uit de Cisco Unified Communications Manager-database.
Opmerking
Stap 3
Voeg de telefoon weer toe aan de Cisco Unified Communications Manager-database.
Stap 4
Start de telefoon opnieuw op.
Service starten
Een service moet worden geactiveerd voordat deze kan worden gestart of gestopt.
Procedure
Stap 1
Kies in Cisco Unified Communications Manager Administration de optie Cisco Unified-services in de
vervolgkeuzelijst Navigatie en klik op Start.
Stap 2
Kies Extra > Control Center - Feature Services (Beheercentrum: functieservices).
Stap 3
Kies de primaire Cisco Unified Communications Manager-server in de vervolgkeuzelijst Server.
In het venster worden de servicenamen weergegeven voor de server die u hebt gekozen, de status van de
services en een servicebedieningspaneel om een service te starten of te stoppen.
Stap 4
Als een service is gestopt, klikt u op het bijbehorende keuzerondje en klikt u vervolgens op Starten.
Het symbool Servicestatus verandert van een vierkant in een pijl.
Telefoonlogboeken registreren
Als uw gebruikers problemen hebben en u contact moet opnemen met Cisco TAC, moet u de
telefoonlogbestanden registreren. De logbestanden zullen TAC helpen om het probleem op te lossen.
Registreer deze logbestanden zo dicht mogelijk bij de probleemgebeurtenis. Als de gebruiker het probleem
eenvoudig opnieuw kan creëren, laat de gebruiker dan opnemen wat hij doet om het probleem te creëren.
Beheerhandleiding Cisco draadloze IP-telefoon 8821 en 8821-EX voor Cisco Unified Communications Manager
164
Wanneer u een telefoon verwijdert uit de Cisco Unified Communications Manager-database, wordt
het configuratiebestand verwijderd van de Cisco Unified Communications Manager TFTP-server.
Het telefoonlijstnummer of de telefoonlijstnummers blijven in de Cisco Unified Communications
Manager-database. Deze worden niet-toegewezen telefoonlijstnummers genoemd en kunnen worden
gebruikt voor andere apparaten. Als niet-toegewezen telefoonlijstnummers niet door andere apparaten
worden gebruikt, verwijdert u deze telefoonlijstnummers uit de Cisco Unified Communications
Manager-database. Gebruik het routeplanrapport om niet-toegewezen referentienummers weer te
geven en te verwijderen.
Problemen oplossen