SLEPEN
Als uw auto gesleept moet worden, neem
dan contact op met een professionele
sleepdienst. Het Servicenetwerk kan u
voorzien van meer informatie over het sle-
pen van uw auto.
WAARSCHUWING Om beschadiging
van uw auto tijdens het slepen te voor-
komen, moet gebruik worden gemaakt
van geschikt gereedschap en moeten de
betreffende procedures worden uitge-
voerd.
TWEEWIELAANGEDREVEN
(2WD) AUTO MET
AUTOMATISCHE
VERSNELLINGSBAK
Auto's met automatische versnellingsbak-
ken kunnen op de volgende twee manie-
ren worden gesleept.
❒ Aan de voorzijde, met de voorwielen
omhoog en de achterwielen op de
grond. Controleer voordat het slepen
begint of de handrem is losgezet.
❒ Aan de achterzijde, met de achterwie-
len omhoog en de voorwiel op een dol-
ly.
WAARSCHUWING Als uw auto wordt
gesleept met de voorwielen op de grond,
dan kan de automatische versnellingsbak
beschadigen.
TWEEWIELAANGEDREVEN
(2WD) AUTO MET HANDMATIG
GESCHAKELDE
VERSNELLINGSBAK
Auto's met handmatig geschakelde ver-
snellingsbakken kunnen op de volgende
manieren worden gesleept.
❒ Aan de voorzijde, met de voorwielen
omhoog en de achterwielen op de
grond. Controleer voordat het slepen
begint of de handrem is losgezet.
❒ Aan de achterzijde, met de achterwie-
len van de grond en de voorwielen op
de grond, als de stuurinrichting en de
aandrijflijn niet zijn beschadigd. Con-
troleer voordat het slepen begint of de
versnellingsbak in vrij staat, het stuur-
slot is uitgeschakeld (het contactslot
moet in de stand "ACC" staan) en het
stuurwiel moet zijn vastgezet met spe-
ciaal gereedschap voor een sleepdienst.
WAARSCHUWING De stuurkolom is
niet sterk genoeg om tegen schokken te
kunnen die tijdens het slepen vanaf de
voorwielen worden doorgegeven. Ont-
grendel altijd het stuurslot voordat de au-
to wordt gesleept.
VIERWIELAANGEDREVEN
(4WD) AUTO
Uw auto moet op een van de volgende
manieren worden gesleept:
❒ Met alle vier de wielen op een auto-am-
bulance.
❒ Aan de voor- of achterzijde, met de be-
treffende wielen omhoog en een dolly
onder de andere wielen.
WAARSCHUWING Als uw auto wordt
gesleept met de voor- en/of achterwielen
op de grond, kan de automatische ver-
snellingsbak en/of de vierwielaandrijving
ernstig worden beschadigd.
ALS DE STARTMOTOR
NIET WERKT
❒ Probeer met ingeschakelde koplampen
het contactslot in de stand "START"
te zetten om de accuconditie te bepa-
len. Als de koplampen zeer zwak gaan
branden of uitgaan, betekent dit meest-
al dat de accu leeg is of de aansluiting
van de accu onjuist. Laad de accu of sluit
de accu op de juiste wijze aan.
❒ Als de koplampen normaal blijven bran-
den, controleer dan de zekeringen. Als
de reden waarom de startmotor niet
werkt niet duidelijk is, kan er een ern-
stig elektrisch probleem aanwezig zijn.
Laat de auto door het Fiat Servicenet-
werk controleren.
229