OPGELET
– Gebruik de krik alleen om
wielen te verwisselen.
– Gebruik de krik nooit op een schuin
oppervlak.
– Zet de auto nooit met de krik om-
hoog op een andere plaats dan tus-
sen de lippen op het frame bij het
wiel dat moet worden vervangen.
– Controleer of de krik ten minste 51
mm (2 inches) is uitgedraaid, voordat
de flens wordt geraakt. Als de krik
binnen 51 mm (2 inches) van de vol-
ledig ingevouwen stand de carrosse-
rie raakt, dan kan de krik mogelijk
niet goed werken.
– Ga nooit onder de auto liggen als
de auto door de krik wordt onder-
steund.
– Laat de motor nooit draaien als de
auto wordt ondersteund door de krik
en sta nooit toe dat passagiers in de
auto blijven zitten.
Voorwiel
Achterwiel
STARTEN MET
STARTKABELS
OPGELET
– Probeer nooit met startka-
bels te starten als de accu
bevroren lijkt. Accu's in deze toe-
stand kunnen exploderen of scheu-
ren als een startpoging m.b.v. start-
kabels wordt ondernomen.
79J017
– Als de startkabels worden aange-
sloten, controleer dan of de kabels
niet in contact kunnen komen met
poelies, riemen of ventilatoren.
– Accu's produceren het brandbare
waterstofgas. Houd open vuur en
vonken ver verwijderd van de accu
om explosies te voorkomen. Rook
nooit in de nabijheid van de accu.
– Als de accu die u gebruikt voor de
noodstart zich in een andere auto be-
vindt, controleer dan of de auto's el-
79J018
kaar niet raken.
– Als uw accu regelmatig leeg is en er
geen duidelijke reden aanwezig is,
laat dan uw auto controleren door
het Fiat Servicenetwerk.
227