Parameterbeschrijving
3-16 Referentiebron 2
Option:
[0]
Geen functie
3
3
[1]
Anal. ingang 53
[2]
Anal. ingang 54
[7]
Pulsingang 29
[8]
Pulsingang 33
[20]
Dig. potmeter
*
[21]
Anal. ingang X30/11
[22]
Anal. ingang X30/12
[23]
Anal. ingang X42/1
[24]
Anal. ingang X42/3
[25]
Anal. ingang X42/5
[29]
Anal. ingang X48/2
[30]
Uitgebr. met terugk. 1
[31]
Uitgebr. met terugk. 2
[32]
Uitgebr. met terugk. 3
NB
Deze parameter kan niet worden gewijzigd terwijl de
motor loopt.
3-17 Referentiebron 3
Option:
[0]
Geen functie
*
[1]
Anal. ingang 53
[2]
Anal. ingang 54
[7]
Pulsingang 29
[8]
Pulsingang 33
[20] Dig. potmeter
[21] Anal. ingang X30/11
[22] Anal. ingang X30/12
[23] Anal. ingang X42/1
[24] Anal. ingang X42/3
[25] Anal. ingang X42/5
[29] Anal. ingang X48/2
[30] Uitgebr. met terugk. 1
[31] Uitgebr. met terugk. 2
[32] Uitgebr. met terugk. 3
NB
Deze parameter kan niet worden gewijzigd terwijl de
motor loopt.
58
®
VLT
HVAC Drive Programmeerhandleiding
Functie:
som van deze referentiesignalen
bepaalt de actuele referentie.
Functie:
Stel in welke referentie-ingang moet
worden gebruikt voor het derde
referentiesignaal. 3-15 Referentiebron
13-16 Referentiebron 2 en
3-17 Referentiebron 3 definiëren
maximaal drie verschillende referen-
tiesignalen. De som van deze
referentiesignalen bepaalt de
actuele referentie.
MG.11.CD.10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss
3-19 Jog-snelh. [TPM]
Range:
Functie:
Size
[ 0 - par.
Voer een waarde in voor de jogsnelheid
related
4-13
n
, wat een vaste uitgangssnelheid is.
*
JOG
RPM]
De frequentieomvormer loopt op deze
snelheid wanneer de jogfunctie is
ingeschakeld. De maximale begrenzing is
ingesteld in 4-13 Motorsnelh. hoge begr.
[RPM].
Zie ook 3-80 Jog ramp-tijd.
3.5.3 3-4* Ramp 1
Configureer de aan/uitloopparameter, aan/uitlooptijden
voor elk van de twee aan/uitlopen (parametergroep 3-4*
en 3-5*).
Afbeelding 3.15
3-40 Ramp 1 Type
Option:
Functie:
Selecteer het type ramp, afhankelijk van de
vereisten met betrekking tot versnelling/
vertraging.
Een lineaire aanloop zorgt voor een constante
versnelling tijdens het aanlopen. Een S-ramp
zorgt voor een niet-lineaire versnelling en
biedt zo compensatie voor schokbewegingen
in de toepassing.
[0]
Linear
*
[1]
S-ramp
Versnelling met zo weinig mogelijk schokbe-
Const Jerk
wegingen.
[2]
S-ramp
S-ramp op basis van de ingestelde waarden in
Const Time
3-41 Ramp 1 Ramp up Time en 3-42 Ramp 1
Ramp Down Time.