Machine aan- en afkoppelen
7.5.2
Opbouw-zaaimachine afkoppelen met tandpakwals PW 600 en
keggenringwals KW 580
8. Bevestig de draagarmen met de bovenste
draagarmpennen (Afb. 108/1). Zet de
boringen boven elkaar door verstellen van
de topstang (Afb. 103/1).
9. Borg de draagarmpennen met lunspennen.
98
12. Verwijder de topstang (Afb. 94/1).
13. Licht de grondbewerkingsmachine voorzichtig op en trek deze
naar voren zonder de opbouw-zaaimachine te raken.
1. Licht de markeurs op en borg deze met lunspennen (zie
hoofdstuk "Transportbeveiliging van de markeurs" op pagina
133).
2. Breng het stapwiel in de transportstand (zie hoofdstuk
"Stapwiel", op pagina 134).
3. Maak de zaadkast leeg (zie hoofdstuk "Zaadkast en zaaihuis
leegmaken", op pagina 141).
4. Zet de combinatie op de grond en de regeleenheden in de
zweefstand.
5. Trek de handrem aan, schakel de motor van de tractor uit en
verwijder de contactsleutel.
6. Ontkoppel de voedingsleidingen van de zaaimachine.
7. Sluit de hydrauliekstekkers af met een beschermkap.
Afb. 108
10. Verwijder de topstang (Afb. 103/1).
11. Licht de combinatie op en steek de steunelementen (Afb. 102/1)
in het kokerprofiel van de opbouw-zaaimachine.
AD03 BAH0008-5 09.10