Samenvatting van Inhoud voor Amazone ZA-M 1002 Special Easy
Pagina 1
Bedieningshandleiding ZA-M 1002 Special Easy ZA-M 1202 Easy ZA-M 1502 Easy Kunstmeststrooier Lees deze bedieningshandleiding voor gebruik door en volg de MG7288 aanwijzingen zorgvuldig op! BAG0234.0 05.21 Bewaar de Printed in Germany bedieningshandleiding voor toekomstig gebruik!
Pagina 2
Het mag niet onbelangrijk of overbodig voorkomen, deze gebruiksaanwijzing te lezen en zich aan de aanwijzingen te houden; het volstaat niet van anderen te horen, dat de machine goed is, ze daarom te kopen en te denken dat alles vanzelf gaat.
Pagina 3
+ 49 (0) 5405 50 1-0 E-mail: amazone@amazone.de Bestellen van onderdelen De lijsten met vervangingsonderdelen zijn vrij toegankelijk via het Portaal Vervangingsonderdelen op www.amazone.de. Wij verzoeken u uw orders bij uw AMAZONE-dealers te plaatsen. Over deze bedieningshandleiding Documentnummer: MG7288 Productiedatum: 05.21 ...
Pagina 4
U kunt uw suggesties per fax aan ons doorgeven. AMAZONEN-WERKE H. DREYER SE & Co. KG Postfach 51 D-49202 Hasbergen Tel.: + 49 (0) 5405 50 1-0 E-mail: amazone@amazone.de ZA-M BAG0234.0 05.21...
Inhoud Tips voor de gebruiker................8 Doel van het document......................8 Plaatsaanduidingen in de bedieningshandleiding ..............8 Gebruikte beschrijvingen ......................8 Algemene veiligheidsinstructies ............... 9 Verplichtingen en aansprakelijkheid ..................9 Beschrijving van veiligheidssymbolen ................... 11 Organisatorische maatregelen ....................12 Veiligheids- en beschermingsvoorzieningen ................. 12 Vrijblijvende veiligheidsmaatregelen ..................
Pagina 6
Inhoud 5.6.2 Grensstrooien aan de veldgrens.................... 45 5.6.3 Grensstrooien vanaf de straat, voorkomen strooien in het spoor .......... 45 Cardanas ..........................46 5.7.1 Cardanas aankoppelen ......................49 5.7.2 Cardanas loskoppelen ......................50 5.7.3 Aandrijfas met wrijvingskoppeling (optioneel) ............... 51 Hydraulische aansluitingen ....................53 5.8.1 Hydraulische slangen aansluiten ...................
Pagina 7
Inhoud 10.2 Strooien ..........................104 10.2.1 Aanbevelingen voor werkzaamheden op de wendakker ............. 106 10.3 Verwijderen van resthoeveelheden ..................107 10.4 Aanwijzingen voor het strooien van slakkenkorrels (bijv. Mesurol) ........108 Storingen ....................109 11.1 Verhelpen van storingen in de agitator ................109 11.2 Storingen, oorzaken en oplossingen ...................
Tips voor de gebruiker Tips voor de gebruiker Het hoofdstuk Tips voor de gebruiker bevat informatie over het omgaan met de bedieningshandleiding. Doel van het document Deze bedieningshandleiding beschrijft de bediening en het onderhoud van de machine. voorziet u van belangrijke informatie om veilig en efficiënt met de machine te werken.
Algemene veiligheidsinstructies Algemene veiligheidsinstructies Dit hoofdstuk bevat belangrijke instructies om veilig met de machine te werken. Verplichtingen en aansprakelijkheid Instructies in de bedieningshandleiding opvolgen Kennis van de basisveiligheidsinstructies en veiligheidsvoorschriften is de eerste voorwaarde om veilig en zonder storingen met de machine te kunnen werken.
Pagina 10
Algemene veiligheidsinstructies Gevaren bij het werken met de machine De machine is gebouwd volgens de allernieuwste techniek en de erkende veiligheidstechnische regels. Toch kunnen er zich bij het gebruik van de machine gevaren en beschadigingen voordoen voor het leven van de gebruiker of derden, ...
Algemene veiligheidsinstructies Beschrijving van veiligheidssymbolen Veiligheidsinstructies worden aangegeven met een driehoekig veiligheidssymbool en een signaalwoord. Het signaalwoord (GEVAAR, WAARSCHUWING, VOORZICHTIG) beschrijft de ernst van het dreigende gevaar en heeft de volgende betekenis: GEVAAR verwijst naar een direct gevaar met een hoog risico dat de dood of zwaar lichamelijk letsel (verlies van lichaamsdelen of langdurig letsel) ten gevolge kan hebben als het gevaar niet wordt vermeden.
Algemene veiligheidsinstructies Organisatorische maatregelen De eigenaar dient de benodigde persoonlijke veiligheidsuitrustingen ter beschikking te stellen, zoals: Veiligheidsbril Veiligheidsschoenen Beschermende kleding Beschermingsmiddelen voor de huid, enz. De bedieningshandleiding altijd daar bewaren waar de machine wordt gebruikt! ...
Algemene veiligheidsinstructies Scholing van de personen Alleen geschoolde en geïnstrueerde personen mogen met/aan de machine werken. De eigenaar dient de bevoegdheden voor het bedienen en onderhouden duidelijk vastleggen. Personen die nog moeten worden opgeleid, mogen alleen onder toezicht van een ervaren persoon met/aan de machine werken. Personen Voor de Geïnstrueerd...
Algemene veiligheidsinstructies Veiligheidsmaatregelen voor normaal gebruik Gebruik de machine alleen als alle veiligheids- en beschermingsvoorzieningen volledig functioneren. Controleer de machine tenminste een keer per dag op waarneembare schade en het correct functioneren van de veiligheids- en beschermingsvoorzieningen. Gevaren door resterende energie Houd rekening met mechanische, hydraulische, pneumatische en elektrische/elektronische resterende energie in de machine.
Onderdelen, slijtageonderdelen en hulpstoffen Onderdelen van de machine die niet meer in perfecte staat zijn, dienen direct te worden vervangen. Gebruik uitsluitend originele AMAZONE onderdelen en slijtageonderdelen of de door AMAZONEN-WERKE goedgekeurde onderdelen, zodat de goedkeuring volgens nationale en internationale voorschriften van kracht blijft.
Algemene veiligheidsinstructies 2.13 Waarschuwingsstickers en overige aanduidingen op de machine Houd alle waarschuwingsstickers op de machine altijd schoon en goed leesbaar! Vervang onleesbare waarschuwingsstickers. Bestel de waarschuwingsstickers aan de hand van het bestelnummer (bijv. MD 075) bij uw dealer. Opbouw waarschuwingssticker Waarschuwingsstickers geven gevaarlijke plaatsen op de machine aan en waarschuwen voor restgevaren.
Algemene veiligheidsinstructies 2.13.1 Plaats van de waarschuwingsstickers en overige aanduidingen Waarschuwingssticker De volgende afbeeldingen geven aan waar de waarschuwingsstickers op de machine zijn aangebracht. Afb. 1 Afb. 2 Afb. 3 Afb. 4 Afb. 5 ZA-M BAG0234.0 05.21...
Pagina 18
Algemene veiligheidsinstructies Bestelnummer en toelichting Waarschuwingssticker MD 075 Gevaar als gevolg van snijden of amputatie van vingers en handen als gevolg van bewegende machinedelen! Deze gevaren kunnen zwaar letsel met verlies van delen van vingers of handen veroorzaken. Reik nooit met uw handen of armen in de gevaarlijke plaats zolang de tractormotor met aangesloten cardanas / hydraulisch systeem loopt.
Pagina 19
Algemene veiligheidsinstructies MD 083 Gevaar door het naar binnen trekken of vastgrijpen van arm of bovenlichaam door aangedreven, onbeveiligde elementen van de machine! Dit gevaar veroorzaakt zwaar lichamelijk letsel aan arm of bovenlichaam. Open of verwijder nooit de beschermingsvoorzieningen van de aangedreven elementen van de machine, ...
Pagina 20
Algemene veiligheidsinstructies MD 095 Lees de bedieningshandleiding en de veiligheidsinstructies goed door en volg de aanwijzingen op voordat u de machine in gebruikt neemt! MD 096 Gevaar als gevolg van onder hoge druk uittredende hydraulische olie wanneer deze door de huid heen dringt en in het lichaam terechtkomt (infectiegevaar)! Dit gevaar kan zwaar en/of langdurig letsel veroorzaken.
Pagina 21
Algemene veiligheidsinstructies MD 102 Gevaarlijke situaties voor degene die de machine bediend door het onbedoeld starten en wegrollen van de machine bij werkzaamheden aan de machine, zoals monteren, instellen, oplossen van storingen, reinigen of onderhoud. De mogelijke gevaren kunnen de zwaar lichamelijk letsel of zelfs de dood veroorzaken.
Algemene veiligheidsinstructies 2.14 Gevaren bij het negeren van de veiligheidsinstructies Het negeren van de veiligheidsinstructies kan personen in gevaar brengen, schadelijk zijn voor het milieu en beschadigingen aan de machine veroorzaken. kan leiden tot het verlies van alle aanspraken op schadevergoeding.
Algemene veiligheidsinstructies 2.16 Veiligheidsinstructies voor de gebruiker WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken, snijden, vastgrijpen, naar binnen trekken en stoten vanwege het ontbreken van verkeers- en gebruiksveiligheid! De machine en tractor voor gebruik altijd controleren op verkeers- en gebruiksveiligheid! 2.16.1 Algemene veiligheidsinstructies en voorschriften ter voorkoming van ongevallen ...
Pagina 24
Algemene veiligheidsinstructies Voordat u de machine aan de driepuntshydraulica van de tractor aan- of loskoppelt, dient u de bedieningshendel van de hydraulica van de tractor te blokkeren in een positie waarin onbedoeld heffen of zakken wordt uitgesloten! Zet de steunelementen (indien aanwezig) bij het aan- en afkoppelen van machines in de juiste stand (stabiliteit bij stilstand)! ...
Pagina 25
Algemene veiligheidsinstructies Transport van de machine Bij het rijden op de openbare weg dient u zich aan de geldende verkeersregels te houden! Controleer voor transport of voedingskabels correct zijn aangebracht; of de verlichting werkt, schadevrij en schoon is; ...
Vervang beschadigde en verouderde hydraulische slangen! Gebruik alleen originele hydraulische slangen van AMAZONE! Gebruik hydraulische slangen niet langer dan zes jaar. Dat is inclusief een eventuele opslagtijd van maximaal twee jaar. Ook...
Algemene veiligheidsinstructies 2.16.3 Elektrisch systeem Bij werkzaamheden aan het elektrische systeem dient u altijd de accu (minpool) los te koppelen! Gebruik uitsluitend de voorgeschreven zekeringen. Het gebruik van te zware zekeringen veroorzaakt onherstelbare schade aan het elektrische systeem – brandgevaar! ...
Pagina 28
Algemene veiligheidsinstructies Let in bochten op de toelaatbare hoek en de schuifafstand van de aandrijfas! Controleer vóór het inschakelen van de aftakas, of het gekozen aftakastoerental van de tractor overeenkomt met het toelaatbare aandrijftoerental van de machine. Stuur personen weg uit de gevarenzone van de machine voordat u de aftakas inschakelt.
Maak voordat u elektrisch gaat lassen aan tractor en aangebouwde machines eerst de kabel van de dynamo en accu van de tractor los! Reserveonderdelen moeten minimaal voldoen aan de door AMAZONEN-WERKE vastgestelde technische eisen! Originele AMAZONE onderdelen voldoen aan deze eisen! ZA-M BAG0234.0 05.21...
Op- en afladen Op- en afladen WAARSCHUWING Gevaar als gevolg van bekneld raken en/of zich stoten door het onbedoeld vallen van de omhoog gebrachte machine! Gebruik beslist de aangegeven sjorpunten voor het bevestigen van bevestigingsmiddelen, wanneer u de machine met behulp van een hefwerktuig op- en aflaadt.
Beschrijving van het product (1) Frame (2) Bak (3) Strooischijven OM (4) Cardanas (5) Opvangbak voor kwantiteitscontrole (6) Roeras Veiligheids- en beschermingsvoorzieningen (7) Kettingbeschermer van de roerasaandrijving als beveiliging tegen aanraken van de draaiende kettingaandrijving (8) Asbeveiliging tussen ingangs- en haakse overbrenging als beveiliging tegen aanraken van de draaiende tussenas (9) Cardanasbeveiliging als beveiliging tegen aanraking van de draaiende cardanas...
Beschrijving van het product Voedingskabels tussen tractor en machine Voedingsleidingen in parkeerstand: (1) Hydraulische slangen Afhankelijk van uitrusting: (2) Kabel met aansluiting voor verlichting (3) Computerkabel met machinesteker Afb. 8 Verkeerstechnische uitrusting (1) achterlichten, remlichten en richtingaanwijzers (2) reflectors zijkant (3) waarschuwingsborden achter (4) rode reflectoren Afb.
het uitsluitend gebruiken van originele AMAZONE-onderdelen. Het op andere wijze gebruiken dan hierboven is vermeld, is verboden en geldt als gebruik in strijd met de voorschriften. Voor schade die voortvloeit uit gebruik in strijd met de voorschriften ...
Beschrijving van het product In de gevarenzone van de machine mogen geen personen aanwezig zijn zolang de tractormotor met aangesloten cardanas / hydraulisch systeem loopt. zolang tractor en machine niet tegen onbedoeld starten en wegrollen zijn beveiligd. De bedieningspersoon mag de machine alleen bewegen of werkgereedschappen van transport- in arbeidsstand en van arbeidsstand in transportstand zetten of in beweging brengen wanneer er geen personen in de gevarenzone van de machine...
Beschrijving van het product Effectieve last Maximale effectieve Toegestaan technisch machinegewicht Leeggewicht last GEVAAR Verboden is het overschrijden van de maximale effectieve last. Gevaar voor ongevallen door instabiele rijsituaties! Bepaal zorgvuldig de nuttige last en dus de toegestane vulling van uw machine.
Beschrijving van het product 4.10 Benodigde tractoruitrusting Om de machine in overeenstemming met de voorschriften te gebruiken, dient de tractor te voldoen aan de volgende voorwaarden. Motorvermogen van de tractor Bakinhoud: 1000 l vanaf 60 kW (80 pk) 1200 l vanaf 60 kW (80 pk) 1500 l vanaf 65 kW (90 pk)
Dit hoofdstuk informeert u over de opbouw van de machine en de werking van de afzonderlijke componenten. Werking Afb. 12 De kunstmeststrooier AMAZONE ZA-M is voorzien van twee trechterpunten en uitwisselbare strooischijven (Afb. 12/1), die tegengesteld aan de rijrichting en tegengesteld...
Opbouw en werking Afscherm- en functierooster in de bak (beveiligingsvoorziening) WAARSCHUWING Gevaar voor naar binnen trekken en ingesloten raken bij aangedreven agitator! Open het beschermrooster nooit als de tractormotor nog draait. Het uitklapbare afscherm- en functierooster dekken de complete bak af en dienen ...
Pagina 41
Opbouw en werking Druk vóór het sluiten van het rooster de arretering omlaag (Afb. 18). Het rooster wordt bij het sluiten automatisch vergrendeld. Afb. 18 ZA-M BAG0234.0 05.21...
Opbouw en werking Strooischijven In rijrichting gezien: linker strooischijf (Afb. 19/1) met markering rechter strooischijf (Afb. 19/2) met markering R. Strooiplaat: Lang (Afb. 19/3) - waarden van de instelschaal tussen 35 en 55. Kort (Afb. 19/4) – waarden van de instelschaal tussen 5 en 28.
Opbouw en werking Dosering strooihoeveelheid Afb. 22 De schuifbediening wordt elektronisch uitgevoerd met de bedieningscomputer EasySet (1) Stelmotor (2) Doseerschuif (3) Doorlaatopening Strooihoeveelheid-instelling: De door stelmotoren bediende doseerschuiven geven verschillende doorlaatopeningen vrij. Schuif openen / sluiten: Bovendien worden met de doseerschuiven de doorlaatopeningen geopend en gesloten.
Opbouw en werking Grens-, sloot- en kantstrooien 5.6.1 Grensstrooien op halve werkbreedte De afstand tot de veldgrens is de halve werkbreedte. Beide schuiven zijn bij het grensstrooien geopend. Afb. 23 Limiter M (optie) Hydraulische bediening vanuit de tractor Afb.
Opbouw en werking 5.6.2 Grensstrooien aan de veldgrens Grensstrooien, wanneer het 1e rijpad zich direct aan de veldgrens bevindt. De schuif aan de grenszijde blijft bij het grensstrooien gesloten. Aanbevelingen voor de instelling worden niet gedaan. De dwarsverdeling kan echter met de mobiele testbank worden gecontroleerd.
Opbouw en werking Cardanas De cardanas zorgt voor de krachtoverbrenging tussen tractor en machine. Afb. 30: Cardanas standaard (810 mm) Afb. 30 Afb. 31: Aandrijfas met wrijvingskoppeling (optioneel, 760 mm) De wrijvingskoppeling altijd aan de machine aanbouwen! Afb. 31 Afb.
Pagina 47
Opbouw en werking WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken door onbedoeld starten en onbedoeld wegrollen van tractor en machine! Koppel de cardanas alleen op de tractor aan resp. van de tractor los, als tractor en machine zijn beveiligd tegen onbedoeld starten en wegrollen.
Pagina 48
Opbouw en werking WAARSCHUWING Gevaar voor vastgrijpen en opwikkelen door niet-beveiligde onderdelen van de cardanas in de buurt van de krachtoverbrenging tussen tractor en aangedreven machine! Werk alleen met volledig beveiligde aandrijving tussen tractor en aangedreven machine. De niet-beveiligde onderdelen van de cardanas moeten altijd door een beschermplaat op de tractor en een afschermtrechter op de machine zijn beveiligd.
Opbouw en werking 5.7.1 Cardanas aankoppelen WAARSCHUWING Gevaar als gevolg van bekneld raken of zich stoten door te weinig vrije ruimte bij het aankoppelen van de cardanas! Koppel de cardanas aan de tractor, voordat u de machine aan de tractor koppelt. Zo zorgt u voor de benodigde ruimte voor het veilig aankoppelen van de cardanas.
Opbouw en werking 5.7.2 Cardanas loskoppelen WAARSCHUWING Gevaar als gevolg van bekneld raken of zich stoten door te weinig vrije ruimte bij het afkoppelen van de cardanas! Koppel de machine van de tractor af, voordat u de cardanas van de tractor afkoppelt.
Opbouw en werking 5.7.3 Aandrijfas met wrijvingskoppeling (optioneel) Bij frequent afbreken van de breekbout tussen aansluitvork en flensbus van de aandrijving en bij tractoren met hard aangrijpende aftakaskoppeling wordt de aandrijfas met wrijvingskoppeling aanbevolen. Werking en onderhoud: Kortstondig optredende momentpieken vanaf ca. 400 Nm, zoals ze bijv.
Pagina 52
Opbouw en werking Demontage: 1. Maak de beschermingstrechter los en verwijder deze naar achteren toe. 2. Draai de contramoer (Afb. 36/3) in de aansluitvork van de wrijvingskoppeling los. Draai de schroefdraadstift (Afb. 36/4) naar buiten. 3. Tik de aansluitvork met een platte staaf van de ingaande as van de aandrijving.
Opbouw en werking Hydraulische aansluitingen Alle hydraulische slangleidingen zijn voorzien van grepen. Op de grepen bevinden zich kleurmarkeringen met een markeringsgetal of -letter, om de betreffende hydraulische functie van de persleiding aan een tractorregeleenheid toe te kennen! Bij de markeringen is folie op de machine gelijmd, die de betreffende hydraulische functies verduidelijken.
Opbouw en werking WAARSCHUWING Infectiegevaar door hydraulische olie die onder hoge druk naar buiten stroomt! Bij het aansluiten en loskoppelen van de hydraulische slangen moet het hydraulische systeem van zowel de tractor als de machine drukloos zijn! Raadpleeg bij letsel door hydraulische olie direct een arts. 5.8.1 Hydraulische slangen aansluiten WAARSCHUWING...
Opbouw en werking Driepunts-aanbouwframe Het frame van de ZA-M is zodanig uitgevoerd, dat het voldoet aan de eisen en afmetingen van de driepuntsaanbouw categorie II. Afb. 37/… (1) Bovenste koppelingspunt (2) Topstangpen met handgreep (3) Automatisch werkende borgpal voor topstangpen met handgreep voor het ontgrendelen (4) Onderste koppelingspunten met vastgelaste trekstangbouten.
DüngeService App voor Android en iOS mobiele apparatuur van de online-DüngeService Service DüngeService www.amazone.de Via de hieronder afgebeelde QR-codes kunt u direct de AMAZONE- website benaderen, om de DüngeService App te downloaden. Android Importeurs: ...
Pagina 57
Grens- en randstrooien met de grensstrooischijf Tele-Set Kan de meststof niet eenduidig worden ingedeeld bij een bepaalde soort in de strooitabel, kunt u telefonisch advies inwinnen bij de AMAZONE DüngeService voor het indelen van de meststof en de aanbevolen instellingen voor uw kunstmeststrooier. ...
Vervolgens worden de opvangmatten gefotografeerd met de smartphone. Met behulp van de foto's controleert de app de dwarsverdeling. Indien nodig wordt een wijziging van de instellingen voorgesteld. Gebruik de AMAZONE- Website voor het downloaden van: App EasyCheck Bedieningshandleiding EasyCheck Afb.
Opbouw en werking 5.13 Bedieningscomputer EasySet 2 Met de boordcomputer kan de machine comfortabel worden aangestuurd, bediend en bewaakt. Het instellen van de strooihoeveelheid vindt elektronisch plaats. De voor een bepaalde strooihoeveelheid vereiste schuifstand wordt bepaald door een mestkalibratie. Fig. 40 5.13.1 Inschakelen Na het inschakelen wordt...
Pagina 60
Opbouw en werking Instellen van de strooihoeveelheid De strooihoeveelheid wordt voor de linker- en rechterschuif afzonderlijk ingesteld. De waarde van de schuifpositie voor de hoeveelheidsinstelling (0 tot 62) uit de strooitabel aflezen of het resultaat van de strooihoeveelheidcontrole gebruiken. Waarden voor schuifpositie voor het gebruik invoeren. Waarden kunnen tijdens het gebruik veranderen.
Opbouw en werking 5.13.3 Aansluiting Bewaar de bedieningscomputer in een droge omgeving als u deze uit de tractorcabine verwijdert. Afb. 45 5.13.4 Storingsmeldingen Foutmeldingen worden met een E (Error) gemarkeerd. E06 - Servomotor links reageert niet E07 - Servomotor rechts reageert niet ...
Opbouw en werking 5.13.5 EasySet kalibreren EasySet moet onder de volgende omstandigheden worden gekalibreerd: Na werkzaamheden aan de bodemgroep of vervangen van de doseermotor. Wanneer de gewenste en werkelijke strooihoeveelheid niet overeenkomen. 1. Veiligheidsclip verwijderen. 2. Pen losmaken 3.
Pagina 63
Opbouw en werking Door het bevestigen van de kalibratie wordt de getoonde spanning in Volt aan de schuifpositie 41 toegekend. Daarna schakelt EasySet automatisch uit en de kalibratie is afgerond. 9. Monteer de motor weer op de schuif. Afb.
Opbouw en werking 5.14 Transport- en parkeerinrichting (afneembaar, optioneel) Met de afneembare transport- en parkeerinrichting is aankoppelen aan de driepuntshydraulica van de tractor en manoeuvreren op het erf en in gebouwen makkelijk. Om wegrijden van de kunstmeststrooier te voorkomen, zijn de twee rollen voorzien van een vastzetsysteem.
Opbouw en werking 5.15 Afdekzeil (optie) Het afdekzwenkzeil garandeert ook bij nat weer droog strooigoed. Afdekzwenkzeil handbediend: (1) Handhendel (2) Vergrendeling, automatisch Afb. 52 Afb. 53 5.16 Bakopzetstukken (optioneel) Smalle bakopzetstukken: S500 voor ZA-M 1002 Special / 1202 / 1502 Brede bakopzetstukken: L1000 voor ZA-M 1202 / 1502 De opzetstukken kunnen op verschillende manieren worden...
Inbedrijfstelling Inbedrijfstelling Dit hoofdstuk voorziet u van informatie over het inbedrijfstellen van uw machine; de wijze waarop u kunt controleren of u de machine aan uw tractor kunt aansluiten/aankoppelen. Voor het inbedrijfstellen van de machine moet de gebruiker deze handleiding hebben gelezen en begrepen.
Inbedrijfstelling Controleren of de tractor geschikt is WAARSCHUWING Het negeren van de gebruiksvoorschriften kan leiden tot gevaar als gevolg van breuk, onvoldoende stabiliteit en onvoldoende stuur- en remvermogen van de tractor! Controleer of uw tractor geschikt is voordat u de machine aan de tractor koppelt.
Inbedrijfstelling 6.1.1.1 Benodigde gegevens voor de berekening Afb. 54 [kg] Eigen gewicht van tractor zie bedieningshandleiding van tractor of [kg] Voorasbelasting van de lege tractor kentekenbewijs [kg] Achterasbelasting van de lege tractor [kg] Totaalgewicht van aan achterzijde zie technische gegevens van machine of het aangekoppelde machine of gewicht aan gewicht aan de achterzijde achterzijde...
Inbedrijfstelling 6.1.1.2 Berekening van het minimaal noodzakelijke ballastgewicht voor G om de V min bestuurbaarheid van de tractor te waarborgen Voer de waarde van het berekende minimale ballastgewicht G V min dat aan de voorzijde van de tractor nodig is, in de tabel (hoofdstuk 6.1.1.7) in.
Pagina 70
Inbedrijfstelling 6.1.1.7 Tabel Daadwerkelijke waarde Toelaatbare waarde Dubbel toelaatbaar volgens berekening volgens draagvermogen bedieningshandleiding (twee banden) van tractor Minimaal ballastgewicht voor/achter Totaalgewicht Voorasbelasting Achterasbelasting Raadpleeg het kentekenbewijs van uw tractor voor de toelaatbare waarden voor het totaalgewicht van de tractor, de asbelastingen en het draagvermogen van de banden.
Inbedrijfstelling Montage van de cardanas VOORZICHTIG Gebruik alleen de door AMAZONE voorgeschreven aandrijfas! Monteer de aandrijfas alleen bij niet-aangebouwde strooier en in onbeladen toestand. WAARSCHUWING Gevaar voor vastgrijpen of opwikkelen door de onbeschermde ingangsas van de ingangsoverbrenging bij onjuiste...
Inbedrijfstelling 13. Borg de aandrijfasbescherming tegen meedraaien door de ketting aan de machine te bevestigen (Afb. 59). Afb. 59 Lengte van de cardanas aan de tractor aanpassen WAARSCHUWING Gevaar als gevolg van beschadigde en/of vernielde, rondgeslingerde onderdelen, wanneer de cardanas bij het omhoog/omlaag brengen van de op de tractor aangekoppelde machine wordt samengedrukt of uit elkaar wordt getrokken, omdat de lengte van de cardanas niet goed is aangepast!
Pagina 73
Inbedrijfstelling WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken tussen de achterzijde van de tractor en de machine bij het oplichten en zakken van de machine voor het bepalen van de kortste en langste bedrijfsstand van de cardanas! Bedien de bedieningshendels voor de driepuntshydraulica van de tractor ...
Inbedrijfstelling Beveilig de tractor/machine tegen onbedoeld starten en wegrollen WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken, scharen, snijden, vastgrijpen, opwikkelen, naar binnen trekken, ingesloten raken of stoten bij handelingen aan de machine als gevolg van aangedreven machinedelen. als gevolg van het onbedoeld aandrijven van machinedelen resp.
Machine aan- en afkoppelen Machine aan- en afkoppelen Raadpleeg bij het aan- en afkoppelen van machines het hoofdstuk "Veiligheidsinstructies voor de gebruiker", blz. 23. WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken, vastgrijpen, opwikkelen en/of stoten als gevolg van het onbedoeld starten en wegrollen van de tractor bij het aan- of afkoppelen van de cardanas en de voedingskabels! Beveilig de tractor en de machine tegen onbedoeld starten en...
Machine aan- en afkoppelen Machine aankoppelen WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken en/of stoten bij het aankoppelen van de machine tussen tractor en machine! Stuur personen weg uit de gevarenzone tussen tractor en machine voordat u naar de machine rijdt. Aanwezige personen mogen alleen aanwijzingen naast de tractor en de machine aanwijzingen geven en pas na stilstand tussen tractor en machine gaan staan.
Pagina 77
Machine aan- en afkoppelen WAARSCHUWING Gevaar voor uitval van de energietoevoer tussen tractor en machine als gevolg van beschadigde voedingskabels! Let bij het aansluiten van de voedingskabels op het verloop van de voedingskabels. De voedingskabels moeten bij alle bewegingen van de aangekoppelde machine soepel meedraaien zonder spanning, knikken of wrijving.
Machine aan- en afkoppelen 7.5 Sluit de hydraulische slangen aan, zie hiertoe het hoofdstuk "Hydraulische slangen aansluiten", vanaf blz. 54. 7.6 Sluit het verlichtingssysteem aan, zie hiertoe het hoofdstuk "Verkeerstechnische uitrustingen", blz. 33. 7.7 Sluit de boordcomputer aan (indien aanwezig); zie de bijbehorende handleiding.
Pagina 79
Machine aan- en afkoppelen 1. Plaats de machine met lege bak met lege bak op een horizontaal oppervlak met een stevige ondergrond. 2. Controleer de machine bij het afkoppelen grondig op zichtbare gebreken. Neem hierbij de informatie in het hoofdstuk "Verplichtingen van de chauffeur", blz.
Instellingen Instellingen Neem bij alle werkzaamheden ten behoeve van het afstellen van de machine de aanwijzingen in de volgende hoofdstukken in acht "Waarschuwingsstickers en overige aanduidingen op de machine", vanaf blz. 16 en "Veiligheidsinstructies voor de gebruiker", vanaf blz. 23. Het opvolgen van deze aanwijzingen is voor uw eigen veiligheid.
Instellingen Instelling van de montagehoogte WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken en/of stoten voor personen achter/onder de kunstmeststrooiers als gevolg van het onbedoeld wegvallen van de machine, wanneer de topstanghelften per ongeluk uit elkaar worden gedraaid of getrokken! Stuur personen weg uit de gevarenzone achter resp. onder de machine, voordat u de montagehoogte van de topstang instelt.
Instellingen De opgegeven montagehoogten, doorgaans horizontaal 80/80, in cm gelden voor de normale bemesting. Bij de voorjaarsbemesting, als de planten al een groeihoogte van 10 - 40 cm hebben, moet de halve groeihoogte bij de opgegeven montagehoogten (bijv. 80/80) worden opgeteld. Bij een groeihoogte van 30 cm moet dus montagehoogte 95/95 worden ingesteld.
Instellingen Montagehoogte bij extra bemesting: Stel de montagehoogte van de strooier met behulp van de tractor- driepuntshydraulica zo hoog in, dat de afstand tussen graantoppen en strooischijven ca. 5 cm bedraagt (Afb. 63). Bevestig de trekstangpennen eventueel in de onderste trekstangaansluitingen. Afb.
Instellingen Mestkalibratiefactor bepalen/invoeren Zie bedieningshandleiding bedieningscomputer EasySet 2. De mestkalibratiefactor bij elke wisseling van meststof opnieuw bepalen. Eerst een testrun uitvoeren, om een continue meststofstroom te waarborgen. Opvangbak zo mogelijk geheel vullen. 8.4.1 Voorbereidingen voor het bepalen van de meststof-kalibratiefactor via schuif links: 1.
Pagina 85
Instellingen Beugel aan opvangbak bevestigen (Afb. 65/1-6): Afb. 65 ZA-M BAG0234.0 05.21...
Instellingen Mestkalibratiefactor via afdraaiinrichting aan de zijkant bepalen Bij het bepalen van de mestkalibratiefactor blijven beide schuiven van de doorlaatopeningen gesloten en de aftakas uit- geschakeld. De afdraaiinrichting aan de zijkant is niet geschikt voor slakken- korrel en fijn zaad. VOORZICHTIG Scherpe snijranden voor vingers aan de schuif en afdraaiin- richting!
Instellingen Instellen van de werkbreedte Zie bedieningshandleiding bedieningscomputer EasySet 2. Voor de verschillende werkbreedten zijn er verschillende strooischijvenparen. Het bestaande rijpadensysteem (afstand tussen de rijsporen) bepaalt de keuze van het benodigde strooischijvenpaar. De werkbreedten zijn instelbaar in de werkbereiken van de betreffende Omnia-Set (OM) strooischijvenparen (bij het uitstrooien van ureum kunnen er echter afwijkingen ontstaan).
Instellingen 8.6.1 Vervangen van de strooischijven 1. Verwijder de vleugelmoer (Afb. 68/1). 2. Verdraai de strooischijf zodanig dat de schijfopening ø 8 mm naar het machinemidden is gericht. 3. Neem de strooischijf van de overbrengingsas af. 4. Voor eenvoudige montage op de uitgaande as van de hoekoverbrenging montagepasta (KA059) aanbrengen.
Instellingen 8.6.2 Instellen van de strooiplaatstanden Afb. 69 De strooiplaatstand is afhankelijk van: de werkbreedte en de mestsoort. Voor een exacte instelling van de afzonderlijke strooiplaatstanden zonder gereedschap is elke strooischijf voorzien van twee verschillende, unieke schalen (Afb. 38/1 en Afb. 38/2). ...
Pagina 90
Instellingen Stel de strooiplaten als volgt in: 1. Schakel de aftakas van de tractor uit. 2. Beveilig de tractor tegen het onbedoeld starten en wegrollen, zie hiertoe het hoofdstuk "Tractor tegen onbedoeld starten en wegrollen beveiligen", vanaf blz. 74. 3. Wacht tot eventueel roterende strooischijven volledig tot stilstand zijn gekomen, voordat u de werkbreedte instelt.
Instellingen Werkbreedte en dwarsverdeling controleren De werkbreedte wordt beïnvloedt door de strooi-eigenschappen van de meststof. De belangrijkste parameters die de strooi-eigenschappen beïnvloeden zijn korrelgrootte, stortgewicht, toestand van het oppervlak en vochtigheidsgraad. De instelwaarden uit de strooitabel moeten als richtwaarden worden beschouwd, omdat de strooi-eigenschappen van de meststofsoorten kunnen veranderen.
Instellingen Grens-, sloot- en kantstrooien 1. Grensstrooien volgens de mestrichtlijnen (Afb. 70): Aan de veldgrens ligt een straat, een veldweg of een akker van iemand anders. Volgens de mestrichtlijnen mag er geen mest Afb. 70 over de grens vallen. 2. Slootstrooien volgens de mestrichtlijnen (Afb.
Instellingen Grens- en kantstrooien met grensstrooischerm Limiter M 8.8.1 De instelling van de Limiter M is afhankelijk van kantafstand, mestsoort, toestand van de veldgrens. De in te stellen waarde kan in de strooitabel (Afb. 73) worden afgelezen. ...
Pagina 94
Instellingen Verschuif het grensstrooischerm op de geleidebeugel om de getalswaarde in te stellen. 1. Zet hiertoe de klemhendel (Afb. 74/1) los. Is het draaibereik van de klemhendelgreep onvoldoende, til de greep dan op, draai deze terug en laat de hendel weer zakken. 2.
Instellingen 8.8.2 Grens- en kantstrooien met de grensstrooischijf Tele-Set Ten behoeve van het grensstrooien (overeenkomstig de mestrichtlijnen) (Afb. 70) resp. kantstrooien (naast eigen, gelijk te behandelen oppervlakken) (Afb. 72) kunt u de linker Omnia-Set strooischijf (linkszijdig kantstrooien), in de rijrichting gezien, door de overeenkomende grensstrooischijf Tele-Set vervangen.
Pagina 96
Instellingen Gedeelte uit de strooitabel YARA kalkamon-salpeter 27% N + 4% MgO gegranuleerd (80006352) Diameter: 3,88mm Stortgewicht: 1,00 kg/l Kwantiteitsfactor 0,941 Schijf TS 5-9 TS 10-14 TS 15-18 TS 4 Grensaf- 10 10,5 12 13,5 14 13,5 14 stand [m] ...
Instellingen 8.8.3 Speciale situaties bij het grensstrooien (het midden van het rijpad komt niet overeen met een halve werkbreedte vanaf de veldrand) Afb. 81 Voorbeeld: Afstand tussen de rijpaden: 24 m (komt overeen met een werkbreedte van 24 m) Afstand tussen het eerste rijpad 8 m (komt overeen met een en de linker veldrand: werkbreedte van 16 m)
Instellingen 8.8.4 Opmerkingen bij de strooischijven OM 10-12 en OM 10-16 Bij de OM 10-16 bedraagt de werpafstand W ca. 36 m. Dit kan bij het grensstrooien nadelig zijn bij: een werkbreedte AB van 10 of 12 m, en ...
Transport Transport Raadpleeg bij transportritten het hoofdstuk "Veiligheidsinstructies voor de gebruiker", blz. 25. Controleer voor transport of voedingskabels correct zijn aangebracht. of de verlichting werkt, schadevrij en schoon is. het hydraulische systeem op zichtbare gebreken. WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken, snijden, vastgrijpen, naar binnen trekken en stoten als gevolg van het onbedoeld losraken van de...
Pagina 100
Transport WAARSCHUWING Het zonder toestemming meerijden op de machine kan ertoe leiden dat de machine omkantelt! Het is verboden om personen mee te laten rijden op de machine en/of rijdende machines te betreden. Breng de centrifugaalstrooier bij vervoer over de openbare weg slechts zo ver omhoog dat de bovenzijde van de reflectoren zich maximaal 1500 mm boven het wegdek bevindt! ...
Werken met de machine Werken met de machine Houd u bij het werken met de machine aan de aanwijzingen van hoofdstukken "Waarschuwingsstickers en overige aanduidingen op de machine" en "Veiligheidsinstructies voor de gebruiker", vanaf blz. 23 Het opvolgen van deze aanwijzingen is voor uw eigen veiligheid. WAARSCHUWING Gevaar voor weggeslingerde voorwerpen (mestdeeltjes, voorwerpen zoals bijv.
Pagina 102
Werken met de machine WAARSCHUWING Gevaar voor vastgrijpen en opwikkelen en gevaar voor het wegslingeren van vastgegrepen voorwerpen in de gevarenzone van de aangedreven cardanas! Controleer voor elk gebruik van de machine of de veiligheids- en beschermingsvoorzieningen van de aandrijfas goed werken en intact zijn.
Werken met de machine 10.1 Centrifugaalstrooier vullen WAARSCHUWING Het negeren van de gebruiksvoorschriften kan leiden tot gevaar als gevolg van breuk, onvoldoende stabiliteit en onvoldoende stuur- en remvermogen van de tractor! Houd rekening met de maximale belading van de aangebouwde/aangekoppelde machine en de toelaatbare asbelasting en oplegdruk van de tractor! Rijd indien nodig met een gedeeltelijk gevulde bak.
Werken met de machine 10.2 Strooien De strooiplaten en zwenkvleugels zijn vervaardigd van bijzonder slijtvast en roestvrij staal. Toch zijn de strooiplaten en zwenkvleugels aan slijtage onderhevig. Mestsoort, strooitijden en strooihoeveelheden beïnvloeden de levensduur van strooiplaten en zwenkvleugels. ...
Pagina 105
Werken met de machine VOORZICHTIG Gevaar als gevolg van breuk bij de bediening/het aanspreken van de overbelastingskoppeling van de cardanas (indien aanwezig)! Schakel de aftakas van de tractor onmiddellijk uit, wanneer de overbelastingskoppeling van de cardanas wordt aangesproken. Zo wordt beschadiging van de overbelastingskoppeling voorkomen. VOORZICHTIG Gevaar als gevolg van breuk van de cardanas bij ontoelaatbare hoek van de aangedreven cardanas!
Werken met de machine 10.2.1 Aanbevelingen voor werkzaamheden op de wendakker Om nauwkeurig aan veldgrenzen en -randen te kunnen werken, is het belangrijk dat de rijpaden correct worden aangelegd. Bij toepassing van de grensstrooier Limiter resp. grensstrooischijf wordt het eerste rijpad (Afb. 84/T1) doorgaans altijd op een halve rijpadafstand vanaf de veldrand aangelegd.
Werken met de machine 10.3 Verwijderen van resthoeveelheden WAARSCHUWING Gevaar voor naar binnen trekken en ingesloten raken bij aangedreven agitator! Open het beschermrooster nooit als de tractormotor nog draait. Steek nooit iets door het beschermrooster als de tractormotor draait.
Werken met de machine 10.4 Aanwijzingen voor het strooien van slakkenkorrels (bijv. Mesurol) De kunstmeststrooier is ook voor het breed uitbrengen van slakken- korrel geschikt. De slakkenkorrel (bijv. Mesurol) heeft de vorm van pellets of gelijksoortige en wordt in relatief kleine hoeveelheden (bijv. 3 kg/ha) uitgebracht.
Storingen Storingen WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken, scharen, snijden, amputatie, vastgrijpen, opwikkelen, naar binnen trekken, ingesloten raken en stoten als gevolg van het onbedoeld zakken van de door de driepuntshydraulica van de tractor opgeheven machine. onbedoeld zakken van opgeheven, onbeveiligde onderdelen van de machine.
Defecte of versleten onderdelen direct vervangen. De strooi-eigenschappen van uw Neem contact op met de mestkorrels wijken af van de AMAZONE-mest-Service. eigenschappen van de mestsoort die wij bij het maken van de 05405-501111 strooitabel hebben gebruikt.
Reinigen, service en onderhoud Reinigen, service en onderhoud WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken, scharen, snijden, amputatie, vastgrijpen, opwikkelen, naar binnen trekken, ingesloten raken en stoten als gevolg van het onbedoeld zakken van de door de driepuntshydraulica van de tractor opgeheven machine. ...
Reinigen, service en onderhoud 12.1 Reinigen Controleer rem-, lucht- en hydraulische slangen bijzonder zorgvuldig! Behandel rem-, lucht- en hydraulische slangen nooit met benzine, benzeen, petroleum of minerale oliën. Smeer de machine na het reinigen, vooral na het reinigen met een hogedrukreiniger/stoomstraal of vetoplosbare middelen.
Reinigen, service en onderhoud 12.2 Smeervoorschrift Smeermiddelen Gebruik voor het smeren een multipurpose vet op basis van verzeept lithium met EP-additieven. Bedrijf Smeermiddelaanduiding Normale Extreme gebruiksomstandigheden gebruiksomstandigheden ARAL Aralub HL 2 Aralub HLP 2 FINA Marson L2 Marson EPL-2 ESSO Beacon 2 Beacon EP 2 SHELL...
Reinigen, service en onderhoud 12.3 Onderhoudsschema – overzicht Voer de onderhoudswerkzaamheden uit zodra de eerste termijn is bereikt. Tijdsintervallen, draai-uren van de motor of service-intervallen van de eventueel bijgeleverde documenten van derden hebben voorrang. Dagelijks Onderhoudswerkzaamheden Zie blz. Onderdeel Vakwerkplaats ...
Reinigen, service en onderhoud 12.4 Breekboutbeveiliging voor aftakas- en roerasaandrijving De los meegeleverde bouten M8 x 30 A2-70 zijn reservebreekbouten (Afb. 87/4) voor bevestiging van de aansluitvork van de cardanas aan de flens van de ingaande as van de aandrijving. Bevestig de cardanas altijd met vet op de ingaande as van de aandrijving.
Reinigen, service en onderhoud 12.5 Wrijvingskoppeling ventileren "Ventileer" de wrijvingskoppeling na langere tijd van stilstand en vóór het eerste gebruik als volgt: 1. Demonteer de wrijvingskoppeling van de ingaande as van de aandrijving. 2. Ontlast de veren (Afb. 89/1) door het losdraaien van de moeren (Afb.
Reinigen, service en onderhoud 12.7.1 Vervangen van de strooiplaten WAARSCHUWING Gevaar voor het uitwerpen van strooiplaten als gevolg van het onbedoeld losraken van fixeerpennen en snelsluiting! Vervang beslist ook de gebruikte zelfborgende moeren van de fixeerpennen bij het vervangen van de strooiplaten door nieuwe zelfborgende moeren.
Reinigen, service en onderhoud 9. Zwenk de afleeszijde van de betreffende strooiplaat naar de benodigde instelwaarde voor de gewenste werkbreedte. Zie hiertoe het hoofdstuk "Werkbreedte instellen", blz. 89. 10. Draai de betreffende vleugelmoer van de snelsluiting met de hand vast (zonder gereedschap). 12.7.2 Vervangen van de zwenkvleugels WAARSCHUWING...
Reinigen, service en onderhoud 12.8 Hydraulisch systeem WAARSCHUWING Gevaar als gevolg van onder hoge druk uittredende hydraulische olie wanneer deze door de huid heen dringt en in het lichaam terechtkomt (infectiegevaar)! Werkzaamheden aan het hydraulische systeem mogen uitsluitend door een vakwerkplaats worden uitgevoerd! ...
Vervang beschadigde en verouderde hydraulische slangen! Gebruik alleen originele hydraulische slangen van AMAZONE ! Gebruik hydraulische slangen niet langer dan zes jaar. Dat is inclusief een eventuele opslagtijd van maximaal twee jaar. Ook...
Reinigen, service en onderhoud 12.8.2 Service-intervallen Na de eerste 10 bedrijfsuren en daarna om de 50 bedrijfsuren 1. Controleer alle componenten van het hydraulische systeem op lekkage. 2. Trek schroefverbindingen eventueel na. Voor elke inbedrijfstelling 1. Controleer de hydraulische slangen op zichtbare gebreken. 2.
In- en uitbouwen van hydraulische slangen Neem bij het in- en uitbouwen van hydraulische slangen de volgende aanwijzingen in acht: Gebruik alleen originele hydraulische slangen van AMAZONE ! Zorg voor een schone werkplek. U dient de hydraulische slangen zodanig in te bouwen dat er onder alle bedrijfsomstandigheden ...
Reinigen, service en onderhoud 12.9 Demontage van de cardanas 1. Maak de beschermingstrechter los en verwijder deze naar achteren toe. 1. Maak de kegelsmeernippels (Afb. 93/1) in de aansluitvork (Afb. 93/2) van de aandrijfas los. 2. Verwijder de breekbout (Afb. 93/4) tussen vorkflens (Afb.
Reinigen, service en onderhoud 12.12 Aanhaalkoppels schroeven 10.9 12.9 M 8x1 M 10 16 (17) M 10x1 M 12 18 (19) M 12x1,5 M 14 M 14x1,5 M 16 M 16x1,5 M 18 M 18x1,5 M 20 M 20x1,5 M 22 M 22x1,5 1050 M 24...
Pagina 125
Reinigen, service en onderhoud ZA-M BAG0234.0 05.21...