Reinigen, service en onderhoud
5. Maak de borgpennen (Afb. 202/1) van de
nieuwe rijpadzaaiwielen zo ver los, dat de
nieuwe rijpadzaaiwielen vrij op de zaaias
kunnen worden gedraaid.
6. Verwijder de bouten (Afb. 203/1).
7. Draai de schroeven (Afb. 203/2) los.
8. Verschuif het zwenklager en het drijfrondsel
over de overbrengingsas.
9. Schroef het zwenklager aan de nieuwe
rijpadzaaihuizen vast.
10. Bevestig oude rijpadzaaiwielen aan de
zaaias.
Draai de borgpen (Afb. 204/1) zo ver in het
fijnzaaiwiel, dat het zaaiwiel met lichte
draaispeling (1 mm) door de zaaias wordt
meegenomen. Door te vast aangedraaide
borgpennen komt er te veel spanning op de
zaaiwielen.
11. Klap de overbrengingsas omhoog.
Steek hierbij de steun (Afb. 205/1) die de
overbrengingsas axiaal borgt, in de
uitsparing van een zaaihuis steken.
12. Borg de steun met twee stelringen (Afb.
205/2).
158
Afb. 202
Afb. 203
Afb. 204
Afb. 205
AD03 BAH0008-5 09.10