Instellingen
8.10.2
Hydr. zaaischijfinstelling
Normale zaaischijfdruk instellen
1. Bedien stuurventiel 2.
Zet de hydraulische cilinder onder druk.
2. Trek de handrem aan, schakel de motor
van de tractor uit en verwijder de
contactsleutel.
3. Steek de pen (Afb. 147/1) onder de aanslag
(Afb. 147/3) in een boring van de gatenplaat
en borg deze met een lunspen (Afb. 147/2).
Elke boring is gemarkeerd met een getal.
Hoe hoger het getal van de boring waarin de pen
is gestoken, des te hoger is de zaaischijfdruk.
4. Zet stuurventiel 2 in de zweefstand.
Grotere zaaischijfdruk instellen
1. Zet stuurventiel 2 in de zweefstand.
2. Trek de handrem aan, schakel de motor
van de tractor uit en verwijder de
contactsleutel.
3. Steek de pen (Afb. 148/1) boven de
aanslag (Afb. 148/3) in een boring van de
gatenplaat en borg deze met een lunspen
(Afb. 148/2).
118
WAARSCHUWING
Stuur personen weg uit de gevarenzone van Vario-aandrijving,
zaaischijven en exacteg.
Afb. 147
Afb. 148
AD03 BAH0008-5 09.10