Opbouw en werking
1. Zet de bedieningshendel op het stuurventiel
in de tractor in de zweefstand
(neutraalstand).
2. Reinig de hydrauliekstekker van de
hydrauliekslangen voordat u de
hydrauliekslangen op de tractor aansluit.
3. Sluit de hydrauliekslangen aan op de
regeleenheden van de tractor.
5.1.2
Hydrauliekslangen loskoppelen
1. Zet de bedieningshendel op de
regeleenheid in de tractor in de
neutraalstand.
2. Verwijder de hydrauliekstekkers uit de
hydrauliekmoffen.
3. Bescherm de hydrauliekstekkers en
hydrauliekaansluitingen met de
beschermkappen tegen verontreiniging.
5.2
Zaadkast en laadrand (optioneel)
De zaadkast is voorzien van een eendelig, tegen
water en stof beschermd deksel (Afb. 32/1). De
opbouw-zaaimachine wordt aan de achterzijde
gevuld.
De opbouw-zaaimachine kan makkelijk via de
laadrand (Afb. 32/2) worden gevuld.
50
Afb. 30
Afb. 31
Afb. 32
AD03 BAH0008-5 09.10