6.5
Eerste montage exacteg (vakwerkplaats)
1. Koppel de machine aan de tractor (zie
hoofdstuk "Machine aan- en afkoppelen",
op pagina 88).
2. Schoorstangen (Afb. 86/1) met pennen
(Afb. 86/2) aan de steunen bevestigen en
met lunspennen (Afb. 86/3) borgen.
3. Zet stuurventiel 2 in de zweefstand.
4. Sluit de voorgemonteerde hydraulische
slang (Afb. 87/1) op de hydraulische cilinder
(Afb. 87/2) aan.
5. Herhaal dit voor de tweede hydraulische
cilinder (indien aanwezig).
Breng de hydraulische slang (Afb.
87/1) bij de draaipunten van de
schoorstangen van de exacteg in een
ruime lus aan, zodat de slang niet
door de beweging van de exacteg
afscheurt.
6. Druk zetten op stuurventiel 2 en alle
verbindingspunten op olielekkage
controleren.
AD03 BAH0008-5 09.10
Afb. 86
Afb. 87
Inbedrijfstelling
85