V LADINGEN VERPLAATSEN EN WERKZAAMHEDEN UITVOEREN
3) De bagagedrager ach-
teraan beladen
Plaats de lading zo laag mogelijk.
–Een hogere lading kan het zwaar-
tepunt van het voertuig' omhoog
brengen, wat het minder stabiel
kan maken. Positioneer de lading
zo gelijkmatig mogelijk op het rek.
Maak de lading vast op het laadrek.
Maak de lading niet vast andere
onderdelen van het voertuig. Als
de lading niet correct is vastge-
maakt, kan deze verschuiven of van
het voertuig af vallen en hierbij
mogelijk bestuurder, passagier of
omstanders raken, of ze kan ver-
schuiven tijdens het rijden en de
besturing van het voertuig beïnvloe-
den.
Hoge objecten kunnen de zichtbaar-
heid beïnvloeden voor de bestuur-
der en kunnen projectielen vormen
bij een ongeval. Ladingen die aan
de zijkant uit het voertuig steken,
kunnen vast komen te zitten in
struiken, takken of andere obsta-
kels. Vermijd dat de lading de rem-
lichten bedekt en belemmert. Zorg
ervoor dat de lading niet uit het
laadrek steekt en dat de lading uw
zichtbaarheid of de besturing van
het voertuig niet hindert.
OPMERKING
laadcapaciteit van het laadruimte
niet.
Vervoer op het bagagerek geen
benzinebidon(s)
vloeistoffen.
64
Overschrijd de
of
gevaarlijke
A) VEILIGHEIDSINFORMATIE
WAARSCHUWING
Overlaad het voertuig nooit en
sleep of transporteer nooit la-
ding op een onjuiste manier.
Matig uw snelheid volgens de
staat van het terrein wanneer u
lading vervoert of een aanhang-
wagen trekt, en vermijd heuvels
en ruw terrein. Voorzie een lan-
gere remafstand. Bevestig de
lading altijd zo laag mogelijk
om het zwaartepunt zo min
mogelijk te verhogen. Als u de-
ze aanbevelingen niet naleeft,
kan dit het rijgedrag van het
voertuig veranderen, wat tot
ongelukken kan leiden.
4) Een lading vervoeren
Trek nooit een lading door deze aan
de bumper of andere onderdelen
of accessoires te bevestigen. Hier-
door kan het voertuig kantelen.
Gebruik enkel de trekhaak om las-
ten te trekken.
Gebruik in geval van nood de
sleephaken om een vastgelopen
voertuig los te trekken. Zie SLEEP-
HAKEN in het gedeelte UITRUS-
TING .
Wanneer u lasten trekt met een
ketting of een kabel, zorg er dan
voor dat deze opgespannen is voor
u start en behoud deze spanning
tijdens het trekken.
Als u lasten trekt met een ketting
of een kabel, zorgt u ervoor dat u
progressief remt. De inertie van de
lading kan een botsing veroorzaken.
Respecteer de maximum trekcapa-
citeit wanneer u een lading trekt.
Zie EEN AANHANGWAGEN TREK-
KEN in dit onderdeel.