IV RIJDEN MET UW VOERTUIG
Wanneer u vertraagt bij het afdalen van een gladde helling, kan het voertuig
gaan schuiven". Houd een constante snelheid aan en/of versnel iets om
het voertuig opnieuw onder controle te krijgen. Probeer steile hellingen
te vermijden. Als u niet voorzichtig bent, kunt u omkantelen als u heuvelaf
gaat.
Verplaats uw lichaamsgewicht naar achteren. Rem geleidelijk om niet te
slippen. Laat u niet naar beneden rollen" op uitsluitend de motorcom-
pressie of in neutraal. Probeer steile hellingen te vermijden. Als u niet
voorzichtig bent, kunt u omkantelen als u heuvelaf gaat.
Handelingen tijdens rijden
Dit voertuig kan steilere hellingen beklimmen dan het veilig kan afdalen.
Daarom dient u er zeker van te zijn dat er een veilige weg naar beneden
is, voordat u aan een beklimming begint.
Dwars op een helling rijden
Dit is één van de gevaarlijkste manieren van rijden, omdat het evenwicht
van het voertuig drastisch verandert. Vermijd dit zoveel mogelijk. Als het
echter noodzakelijk is, verplaats dan ALTIJD uw lichaamsgewicht naar de
top van de helling toe en houd u klaar om er aan deze zijde af te springen
mocht het voertuig beginnen kantelen.
Vermijd alle voorwerpen of inzinkingen die de overhelling van het voertuig
naar één zijde nog versterken, om te voorkomen dat het voertuig kantelt.
WAARSCHUWING
Probeer niet te stoppen of schade aan uw voertuig te voorkomen.
A) VEILIGHEIDSINFORMATIE
57