Parameters
1-39 Motorpolen
Range:
Afhankelijk
van grootte
*
4
4
1-40 Tegen-EMK bij 1000 TPM
Range:
Afhankelijk van
grootte
*
1-44 d-axis Inductance Sat. (LdSat)
Range:
Size
[0 -
related
1000
*
mH]
1-45 q-axis Inductance Sat. (LqSat)
Range:
Size
[0 -
related
1000 mH]
*
1-46 Verst. positiedetectie
Range:
100 %
[20 -
*
200 %]
1-48 Current at Min Inductance for d-axis (Stroom bij
min.inductantie d-as)
Range:
100 %
[ 20 -
200 %]
*
50
Functie:
LET OP
[2 -
100 ]
Deze parameter kan niet worden
gewijzigd terwijl de motor loopt.
Stel het aantal motorpolen in.
De waarde voor de motorpolen is altijd
een even getal, omdat de waarde
verwijst naar het totale aantal polen en
niet naar het aantal poolparen.
Functie:
[10-9000 V] Lijnspanning (rms-waarde)
tegen-EMK bij 1000 tpm.
Functie:
Deze parameter komt overeen met de
inductantieverzadiging van Ld. In het ideale
geval heeft deze parameter dezelfde
waarde als parameter 1-37 Inductantie d-as
(Ld). Als de motorfabrikant een
inductiecurve heeft vermeld, voert u de
inductiewaarde bij 200% van de nominale
waarde in.
Functie:
Deze parameter komt overeen met de
inductantieverzadiging van Lq. In het
ideale geval heeft deze parameter
dezelfde waarde als parameter 1-38 q-axis
Inductance (Lq). Als de motorfabrikant een
inductiecurve heeft vermeld, voert u de
inductiewaarde bij 200% van de nominale
waarde in.
Functie:
Past de amplitude van de testpuls tijdens
positiedetectie bij het starten aan. Pas de
parameterwaarde aan om de positie-
meting te verbeteren.
Functie:
Deze parameter speci ceert de verzadi-
gingscurve van de d-inductantiewaarden. Bij een
waarde van deze parameter van 20-100% wordt
een lineaire benadering van de inductanties
toegepast, vanwege de parameters
Danfoss A/S © 11/2015 Alle rechten voorbehouden.
®
VLT
DriveMotor FCP 106/FCM 106
1-48 Current at Min Inductance for d-axis (Stroom bij
min.inductantie d-as)
Range:
1-49 Current at Min Inductance for q-axis (Stroom bij
min.inductantie q-as)
Range:
100 %
*
1-50 Motormagnetisering bij nulsnelheid
Range:
100
%
300
*
%]
Functie:
parameter 1-37 Inductantie d-as (Ld),
parameter 1-38 q-axis Inductance (Lq) (Inductantie
q-as (Lq)), parameter 1-44 d-axis Inductance Sat.
(LdSat) (Inductantieverzadiging d-as (LdSat)) en
parameter 1-45 q-axis Inductance Sat. (LqSat)
(Inductantieverzadiging q-as (LqSat)). Onder en
boven deze curve worden ze gespeci ceerd door
de bijbehorende parameters. Parameters hebben
betrekking op de belastingcompensatie overeen-
komstig het typeplaatje, het type belasting van
de toepassing en de elektronische remfunctie
voor snel stoppen/houden van de motor.
Functie:
[ 20 -
Deze parameter speci ceert de verzadi-
200 %]
gingscurve van de q-inductantiewaarden. Bij een
waarde van deze parameter van 20-100% wordt
een lineaire benadering van de inductanties
toegepast, vanwege de parameters
parameter 1-37 Inductantie d-as (Ld),
parameter 1-38 q-axis Inductance (Lq) (Inductantie
q-as (Lq)), parameter 1-44 d-axis Inductance Sat.
(LdSat) (Inductantieverzadiging d-as (LdSat)) en
parameter 1-45 q-axis Inductance Sat. (LqSat)
(Inductantieverzadiging q-as (LqSat)). Onder en
boven deze curve worden ze gespeci ceerd door
de bijbehorende parameters. Parameters hebben
betrekking op de belastingcompensatie overeen-
komstig het typeplaatje, het type belasting van
de toepassing en de elektronische remfunctie
voor snel stoppen/houden van de motor.
Functie:
[0 -
Gebruik deze parameter in combinatie met
parameter 1-52 Min. snelh. norm. magnetisering [Hz]
om een andere thermische belasting op de motor
te verkrijgen bij lage toerentallen.
Voer een waarde in die een percentage van de
nominale magnetiseringsstroom aangeeft. Als de
instelling te laag is, wordt het koppel op de
motoras mogelijk beperkt.
Magn. current
90%
Par.1-50
Par.1-52
Afbeelding 4.4 Motormagnetisering
Hz
MG03N210