INgebrUIkNaMe
Menu: INSTeLLINgeN
WARMWATERHYSTERESIS
Met deze parameter kunt u de schakelhysteresis bij de warmwa-
terbereiding definiëren.
f Stel in hoe groot de temperatuurafwijking ten opzichte van
de gevraagde warmwatertemperatuur moet zijn, zodat de
warmwaterbereiding start.
De warmwaterbereiding start bij een onderschrijding van de ge-
vraagde warmwaterwaarde minus de ingevoerde hysteresis.
Wanneer de gevraagde warmwatertemperatuur is bereikt, stopt
de warmwaterbereiding.
WARMWATERTRAPPEN
Met deze parameter kunt u het aantal warmtepomptrappen voor
de warmwaterbereiding instellen.
WARMWATER AUTOMATISCH
Aanwijzing
Wanneer u het automatische warmwatersysteem wilt
gebruiken, moeten alle warmwatertrappen worden vrij-
gegeven.
Wanneer het automatische warmwatersysteem geactiveerd is,
worden alle warmwatertrappen afhankelijk van de buitentempe-
ratuur lastafhankelijk ingeschakeld.
BUITENTEMPERATUUR
Met de dalende buitentemperatuur neemt het verwarmingsver-
mogen van een lucht | water-warmtepomp af. De warmwater-
bereiding gebeurt bij aanvang altijd met de eerste trap. Om de
energiebehoefte voor de warmwaterlading af te dekken, worden,
afhankelijk van de hier ingestelde buitentemperatuur, bovendien
warmwatertrappen automatisch vrijgegeven.
f Stel in vanaf welke buitentemperatuur de aanvullende warm-
watertrappen vrijgegeven worden.
WW ZELFLEERFUNCTIE
Met deze parameter kunt u instellen of bij de warmwaterbereiding
een automatische aanpassing van de gevraagde warmwatertem-
peratuur wordt gerealiseerd.
AAN
Wanneer de warmtepomp via de HD-sensor (hogedruksensor) of
de maximale persgastemperatuur uitschakelt, wordt de warm-
waterbereiding beëindigd. De gevraagde warmwatertemperatuur
wordt met de actuele warmwatertemperatuur overschreven. De
nieuwe gevraagde waarde geldt voor de volgende warmwater-
werking.
De warmwaterbereiding gebeurt uitsluitend via de warmtepomp.
De interne elektrische nood-/bijverwarming of de externe warm-
teopwekker blijven gedeactiveerd.
UIT
Wanneer de warmtepomp via een bewakingsfunctie uitschakelt,
wordt de interne elektrische nood-/bijverwarming of de externe
www.stiebel-eltron.com
warmteopwekker als naverwarmtrap ingeschakeld tot de gevraag-
de warmwatertemperatuur is bereikt.
COMBI-BOILER
In deze menuoptie kunt u instellen of de warmtepompinstallatie
met een combi- of doorstroomboiler is geïnstalleerd.
AAN
Om te vermijden dat er tijdens de warmwaterbereiding via de ver-
warmingscircuitpompen energie aan de boiler wordt onttrokken,
worden de verwarmingscircuitpompen in deze fase uitgeschakeld.
UIT
Tijdens de warmwaterbereiding blijven de verwarmingscircuit-
pompen ingeschakeld.
WW VERMOGEN WP
Info
Het effectieve vermogen kan afhankelijk van het bedrijfs-
punt en de omgevingsvoorwaarden afwijken van het in-
gestelde vermogen.
Lucht | water- warmtepompen
Afhankelijk van de buitentemperatuur kunnen verschillende ver-
warmingsvermogens van de warmtepomp voor de warmwater-
werking worden gedefinieerd.
De instelling gebeurt met de parameters WW VERMOGEN ZOMER
en WW VERMOGEN WINTER.
WW VERMOGEN ZOMER
Met deze parameter kunt u het warmtepompvermogen voor de
warmwaterbereiding in de zomer definiëren.
Om de efficiëntie van de warmtepomp in de warmwaterbereiding
te optimaliseren is het mogelijk het vermogen te verminderen.
WW VERMOGEN WINTER
Met deze parameter kunt u het warmtepompvermogen voor de
warmwaterbereiding in de winter definiëren.
Om bij een hoge verwarmingswarmtevraag een korte periode voor
de warmwaterbereiding te realiseren kan een hoger vermogen
voor de warmwaterbereiding ingesteld worden.
MAX AANVOERTEMPERATUUR
Met deze parameter kunt u een maximale aanvoertemperatuur
definiëren. Bij het bereiken van de ingestelde aanvoertemperatuur
wordt de compressor uitgeschakeld en de stilstandtijd ingesteld.
ANTILEGIONELLABEHANDELING
AAN
Bij ingeschakelde antilegionellabehandeling wordt de inhoud van
de warmwaterboiler verwarmd tot op de temperatuur die hier kan
worden ingesteld. Het tijdstip van de verwarming definieert u in
WPM |
27