WPMW II, WPMS II Warmtepompmanager voor CV-warmtepompen Bedienings- en montagevoorschriften Inhoudsopgave Bedieningsvoorschriften Blik op het toestel 1.1 Beschrijving van het apparaat 1.2 Bedienings- en montagevoorschriften 2 1.3 Onderhoud en controle 1.4 Belangrijke aanwijzingen 1.5 Bediening Instellingen 2.1 Bedrijfssituaties (1e bedieningsniveau) 4 2.2 Menu (2e bedieningsniveau)
Tenminste 10 h gangreserve van de timer van alle Stiebel Eltron-warmtepompen. aansluitingen, mogen alleen worden z Automatische pompkickschakeling Via de digitale busaansluiting worden de uitgevoerd door een vakman. Tijdens het...
1.5 Bediening 1.4 Belangrijke aanwijzingen Het belangrijkste in het kort De bediening is in drie niveaus onderverdeeld. De warmtepompmanager mag enkel Het 1 en 2 bedieningsniveau zijn zowel voor Instellingen door gespecialiseerde bedrijven de gebruiker als voor de vakman toegankelijk. worden geïnstalleerd en onderhouden.
Display-weergave (met alle display-symbolen) Verwarmtijden voor verwarming en warm water (zwart) Tekstweergave (14 posities) Daginstelling voor verwarmingscircuit 1 Compressor in bedrijf Schakelperiodes voor verwarmings- en warmwatermodus 2e warmtebron in bedrijf Ontdooien Nachtstand voor verwarmingscircuit 1 2e warmtebron (noodbedrijf) Warmwaterfunctie Continue nachtinstelling Continue daginstelling Automatische modus ”Stand-by”-stand...
2.2 Menu (2e bedieningsniveau) Selecteer met de draaiknop het gewenste menupunt. Onder menupunt RUIMTETEMP-VK1 kunt u, voor verwarmingscircuit 1, de ruimtetemperatuur RUIMTETEMP-VK1 voor dag- en nachtinstelling vastleggen. Zodra de afstandsbediening FE7 aangesloten is en aan verwarmingscircuit 1 is toegewezen, kan bovendien de werkelijke ruimtetemperatuur worden opgevraagd.
Pagina 6
Instellingen in het 2e bedieningsniveau voor zowel gebruiker als installateur Ruimtetemperatuur VK 1 TERUG Onder menupunt RUIMTETEMP-VK1 GEVR-NACHTTEMP kunt u, voor verwarmingscircuit 1, de ruimtetemperatuur voor dag- en nachtinstelling vastleggen. Een wijziging van deze parameter heeft een parallelle verschuiving van de stooklijn tot gevolg. RUIMTETEMP-VK1 Zodra de afstandsbediening FE7 is aangesloten en aan verwarmingscircuit 1 is...
Pagina 7
GEVR-WW-TEMP-N KLOKTIJD GEVR-WW-TEMP-N KLOKTIJD ACT-WW-TEMP JAAR TERUG MAAND WARMWATERTEMP Tijd en datum KLOK INST Met het menupunt TIJD-DATUM kunt u de klok en de zomertijd corrigeren. De zomertijd is in de fabriek ingesteld en loopt van 25 maart t/m 25 oktober. TERUG Klepje openen! TIJD-DATUM...
Pagina 8
Vakantie- en partymodus Temperaturen In de vakantiemodus loopt de JAAR EINDE In het menupunt Temperaturen kunt u waar- warmtepomp-installatie in nachtinstelling den van de warmtepomp of van de wamte- en de vorstbeveilgingsmodus voor pompinstallatie aflezen. de warmwaterbereiding is actief. De vakantiemodus wordt bij gesloten klepje op Bij warmtepomptype 1 en 2 is er ook nog een het display weergegeven.
Pagina 9
INFO WPM 2 BUITEN Buitentemperatuur ACT-RUIMTETEMP Reële kamertemperatuur voor verwarmingscircuit 1 (HK1) of verwarmingscircuit 2 (HK2) (wordt enkel weergegeven als de afstandsbediening FE7 aangesloten is) GEVR-RUIMTETEM Nominale kamertemperatuur voor verwarmingscircuit 1 of verwarmingscircuit 2 (wordt enkel weergegeven als de afstandsbediening FE7 aangesloten is) ACT-WW-TEMP Reële warmwatertemperatuur GEVR-WW-TEMP...
Pagina 10
Stooklijn Stooklijn Voor verwarmingscircuit 1 en 2 kan telkens een stooklijn ingesteld worden. Onder menupunt STOOKLIJN kunt u voor In de fabriek is voor verwarmingscircuit 1 de stooklijn op 0,6 en voor verwarmingscircuit zowel verwarmingscircuit 1 als 2 een stooklijn 2 de stooklijn op 0,2 ingesteld.
Pagina 11
Klepje openen! Verwarmingsprogramma’s STOOKLIJN Onder menupunt PROGR-STOOKL kunt u voor VERW EINDE de verwarmingscircuits 1 en 2 de bijbehorende verwarmingsprogramma’s instellen. U kunt uw verwarming instellen voor: – elke afzonderlijke dag van de week (maandag t/m zondag) – maandag t/m vrijdag (ma - vrij) –...
Pagina 12
Warmwaterprogramma’s Onder menupunt WW-PRG kunnen de tijden VERW BEGIN WW-EINDE van de dag- en nachttemperaturen voor de warmwaterbereiding worden ingesteld. U kunt de warmwaterbereiding instellen voor: – elke afzonderlijke dag van de week (maandag t/m zondag) – maandag t/m vrijdag (ma - vrij) –...
2.3 Afstandsbediening FE 7 2.4 Afstandsbediening FEK Opmerking: Bij oppervlaktekoeling, bijv. vloerverwarming, is de FEK ab- soluut noodzakelijk. Hij bepaalt niet alleen de kamertemperatuur, maar ook de dau- wpunttemperatuur om oppervlaktecondens te voorkomen. Met de afstandsbediening FE7 kan de bedrijfstoestand en de ingestelde ruimtetemperatuur voor verwarmingscircuit 1 of verwarmingscircuit 2 met ±...
4.5 Temperatuurvoeler De elektrische aansluiting dient overeenkomstig De bij de WPM II behorende voelers hebben het aansluitschema uitgevoerd te worden. 2 Wandmontage (WPMW II) allemaal dezelfde temperatuur/weerstands- De voedingsspanning op klem L en de door waarden overeenkomstig de volgende tabel: De WPM mag alleen in een droge ruimte het nutsbedrijf geschakelde fase L’...
Pagina 15
Buitenvoeler AFS 2 Dompelvoeler PT1000 Weerstandswaarden collectorvoeler PT1000 Best.-nr.: 16 53 39 Best.-nr.:165818 Collectorvoeler Temperatuur in °C Weerstand in W Breng de buitenvoeler op een noordelijke of Diameter: 6 mm noordoostelijke wand achter Lengte: 1,5 m – 30 een verwarmde ruimte aan. –...
4.6 BUS-aansluiting Bij het aansluiten van de BUS-leiding wordt niet alleen de elektrische verbinding voor de communicatie van de installatie tot stand gebracht. Bij de ingebruikname wordt door de schakelingen van de BUS-leidingen ook een specifiek toesteladres voor de aansturing van de warmtepompen toegekend.
2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 Spie De aansluitingen van de WPMW II zijn conform de geldende veiligheidseisen/-normen in een laag- en netspanningsdeel onderverdeeld. Alle leidingen worden in de geleidekanalen ingevoerd en door de rode spieën in de wandbehuizing bevestigd. De aansluitingen dienen volgens de opschriften op de WPMW II aangebracht te worden.
4.8 Aansluittekening WPMS II Interne scha- keling De aansluitingen op de WPM dienen conform het afgebeelde aansluitschema te worden gerealiseerd. Daarbij dienen de bijgevoegde stekkers als volgt op de WPM te worden aangesloten: Laagspanningsdeel Netspanningsdeel X10 1-2 DCF (wordt niet aangesloten) X20 1 Mengcircuit-pomp X11 1...
Warmtepompmodule 5.4.1 IWS opnieuw initialiseren 5 Ingebruikname In de schakelkast van elke warmtepomp is plaats voor de aansluiting van twee drie- Hierbij dient men als volgt te werk te gaan: Als alle voor het bedrijf noodzakelijke aderige BUS leidingen, met andere woorden: verwarmingscomponenten zijn aangesloten en –...
5.5 Ingebruikname per parameter (3e bedieningsniveau) parameter (wordt in het display weergegeven) INBEDRIJFNAME CODE KIEZEN TAAL DEUTSCH NEDERLANDS --------- MAGYAR KONTRAST WEERGAVE DISPL ACT-RETOURTEMP BUITENTEMP WEEKDAG WARMWATERTEMP MENGELKEP-TEMP NOODBEDRIJF IN / UIT SILENT MODE IN / UIT INSTALL-SOORT IN / UIT SOLAR BEDRIJF WARMTEHOEVEELHEID TERUG...
Pagina 21
LCD-TEST AANV GEVRWW °C MISCHER-MAX °C STORINGSLIJST KALIB-LIJST DYNAMIK-MISCH VORSTBEVEIL °C SOFTWARE-WPM SOFTWARE-IWS FE KEUZE VERW-SYSTEM 1 VERW-SYSTEM 2 TERUG FE-KORREKTUR INSTELLING-IWS RUIMTE INVLOED INST-ANALYSE SYSTEEMANALYSE VRIJGAVE 2E WE IN / UIT 2 VERW BGC 2 VERW KETEL TERUG GRENS VERW UIT / °C DIAGNOSE RESET-WP...
“Noodbedrijf“ springt. Met een uitzondering, Zodra het installatietype zonne- 5.6 Ingebruikname per parameter energiesysteem op AAN wordt gezet, namelijk als het voor het tapwater gekozen kunnen er 2 parameters, zoals de maximum toestel alleen uitvalt, volgt automatisch de Bij de ingebruikname van de warmtepomp- temperatuur in het reservoir, en het verschil modus : “Noodbedrijf“...
Pagina 23
Instellingen op de WPMII voor WPF Dynamiek actieve koeling koel water naar het koelsysteem wordt - Zet koeling op het 3de niveau op AAN Dynamik 0: Compressor schakelt samen met gevoerd om een koeleffect te kunnen - Zet WPF koelen op AAN de bronpomp in.
Bij de parameter BOUWWIJZE kan men Instelling „3“: sterke demping (72 uur OPWARMPROGR vorming van gemiddelde waarde) van de bepalen of de gemiddelde waarde voor de Opwarmprogramma voor buitentemperatuur, huis met langzame buitentemperatuur moet worden berekend in vloerverwarming warmtedoorgang. functie van het BOUWWIJZE (instelling 1, 2 en 3).
Pagina 25
De verwarmingscircuitpomp voor voor de vorstbeveiligingsmodus geactiveerd RETOUR-MAX het VK1 begint bij elke start van de en worden de compressoren uitgeschakeld. De Maximum retourtemperatuur warmtepomp eveneens te lopen. Na het zomerinstelling is bij de vaste-waarderegeling Instelbereik 20 °C tot 55 °C. uitschakelen van de warmtepomp loopt de niet van toepassing, wat betekent dat de Als deze ingestelde temperatuur tijdens het...
Pagina 26
De regelafwijking (ingestelde temperatuur Tegelijkertijd dient de instelling „0 bis 20“ VORSTBEVEIL mengcircuit – werkelijke temperatuur voor de besturing van de ruimtegeleide mengcircuit) bedraagt 7,5 K. De nachtinstelling. Dat betekent dat de mengkraan gaat gedurende 7,5 sec. open, verwarmingscircuitpomp bij de omschakeling Om het bevriezen van de sluit vervolgens, maakt een pauze van 2,5 sec.
Pagina 27
Niet correct ingestelde stooklijnen moet op de ketel worden aangesloten en de GEVR-KETELTEMP worden door de invloed van de mengkraanvoeler op de verwarmingsaanvoer. ruimtetemperatuuropnemer K gecorrigeerd, De 2e WE start onder de bivalenttemperatuur Deze parameter is alleen instelbaar als en dankzij de kleinere factor K functioneert de (parameter BIVALENT VERW), lastafhankelijk, parameter vrijgave 2WE op „in“staat ingesteld regeling stabieler.
Pagina 28
met de buffer-laadpomp voor de uitgeschakeld via de uitschakelvoorwaarden WW-BEDRIJF verwarmingsmodus ingeschakeld. Deze modus en wordt de warmwaterbereiding beëindigd. Warmwatermodus is alleen zinvol in een cascade. Ook hier wordt de nominale Met parameter WW-BEDRIJF zijn er warmwatertemperatuur overschreven met de 3 verschillende instelmogelijkheden: huidige, reële warmwatertemperatuur.
Pagina 29
voor de verwarming ingeschakeld. Zodra Maximale ontdooitijd RELAISTEST het ontdooien is beëindigd, schakelt de 2de Bij alle warmtepomptypes bedraagt de WE uit en draait de warmtepomp weer in de maximale ontdooitijd 20 minuten. Als de Door de PRG-toets in te drukken en vervolgens verwarmingsmodus.
Pagina 30
INSTELLING-IWS SYSTEEMANALYSE Door op de PRG-toets te drukken, kunnen de Door op de PRG-toets te drukken, wordt de fabriekinstellingen voor de warmtepompen volgende informatie over de warmtepomp worden opgeroepen op het display. weergegeven. WP-type 1, 3 en 5 STAND-BY Compressor uit Schuifschakelaarstand (WP-type) IWS: MOET-OVH Nominale oververhitting...
LOOPTIJDEN 5.7 Maatregelen bij storingen Onder de parameter Looptijden kunt u de Storingen die in de installatie of in de warm- waarden van de warmtepomp aflezen. De tepomp optreden, worden op de display waarden kunnen enkel door een hardware- aangeduid. Onder de installatieparameters reset worden gewist.
Pagina 32
Parameter STORINGSLIJST voor WP-type 1 en 2: aflezen van alle opgetreden storingen van de storingslijst Storing Oorzaak Oplossing BRON-MIN De gedefinieerde minimale brontemperatuur Minimale brontemperatuur controleren, indien nodig wijzigen. Bron- werd onderschreden. volumestroom controleren: bronberekening controleren. VERZAMELSTORING De verzamelstoring van de IWS is in werking Parameterpunt BRON controleren.
Pagina 33
RELAIS PLAKT Compressor- of aanzetmagneetschakelaar kleeft. Magneetschakelaar K1 en K2 controleren. IWS NIET PAR Wamtepomptype werd niet in de regelaar gedefinieerd Met parameter Warmtepomptype de warmtepomp selecteren DEBIET Debietbewaking uit verwarmingsvermogen, aanvoertemperatuur Debiet controleren en retourtemperatuur. ERR DEBIET In 2 uren compressorwerktijd zijn 5 fouten opgetreden ND KOELEN De lagedruksensor heeft geschakeld;...
Pagina 34
Foutmeldingen van de regeling Quik-start: Parameter Check alle warmtepomp-compressoren door De lijst onder de installatie-parameter INFO TEMP a.u.b. in acht nemen (zie pagina 9). een quick-start Voelertemperatuur Storings- Relaistest Parameter code Test alle relais in de WPM Buitentemperatuur E 75 Instelling IWS Parameter Werkelijke ruimtetemperatuur (H2)
5.8 Ingebruiknamelijst Tijdens de ingebruikname dient het regeltoestel in de „stand-by“-stand te staan. Hiermee voorkomt u dat de warmtepomp ongecontroleerd wordt opgestart. Vergeet niet de installatie op de laatst ingestelde bedrijfstoestand terug te zetten. Parameter Instelbereik Standaard Installatiewaarde Code-nummer invoeren 0000 t/m 9999 1000 Taal...
5.9 Controle van de instellingen op de IWS Lichtdioden Schuifschakelaars (S1) Resettaster Schuifschakelaars (WP.Typ) Schuifschakelaars (WP-Typ) WP-Typ 3 en 4 Schuifschakelaars (WP-Typ) WP-Typ 1 en 2 Lichtdioden Met de Schuifschakelaars (WP-Typ) kunnen de Met de Schuifschakelaars (WP-Typ) kunnen de Rode LED: knippert of blijft branden: verschillende compressorsystemen worden verschillende compressorsystemen worden Bij een eenmalig optreden van een...
Stooklijn 2 Alleen voor 1 e schakelperiode: 2 e en 3 e schakelperiode zijn niet voorgeprogrammeerd. Standaardinstellingen zijn, zoals door Stiebel Eltron geadviseerd, zonder nachtverlaging. 22.00-6.00 (Nachtelijke opwarming i.v.m. gunstige stroomprijs) 8.00-10.00 (opwarming van de in de ochtend verbruikte waterhoeveelheid)
6.3 Verwarmings- en warmwaterprogramma’s In deze tabellen kunt u de door u geprogrammeerde afzonderlijke waarden invullen Verwarmingscircuit 1 Schakelperiode I Schakelperiode II Schakelperiode III ma. - vr. za. - zo. ma. - zo. Verwarmingscircuit 1 Schakelperiode I Schakelperiode II Schakelperiode III ma.