Elektronische verbrandingsregeling
De elektronische verbrandingsregeling werkt op basis
van het natuurkundige verband tussen de hoogte van
de ionisatiestroom en de luchtfactor
liteit wordt bij luchtfactor 1 de maximale ionisatie-
stroom ingesteld.
Het ionisatiesignaal wordt door de verbrandingsrege-
ling geanalyseerd. Het luchtgetal wordt op een waarde
tussen
= 1,2 en 1,5 afgesteld. In dit bereik ontstaat er
λ
een optimale verbrandingskwaliteit. De elektronische
gascombiregelaar regelt daarna afhankelijk van de
beschikbare gaskwaliteit de benodigde gashoeveel-
heid.
Om de verbrandingskwaliteit te controleren, wordt het
CO
2
. Bij elke gaskwa-
λ
ten. Met de gemeten waarden wordt de luchtfactor
bepaald.
Voor een optimale verbrandingsregeling kalibreert het
systeem zichzelf cyclisch of na een spanningsonder-
breking (buitenbedrijfstelling). Daarbij wordt de ver-
branding gedurende korte tijd op max. ionisatiestroom
ingeregeld (komt overeen met luchtfactor
zelfstandig kalibreren wordt kort na de branderstart uit-
gevoerd. Dat duurt ca. 20 s. Daarbij kunnen gedu-
rende korte tijd verhoogde CO-emissies voorkomen.
Technische gegevens
-gehalte of het O
-gehalte van het rookgas geme-
2
= 1). Het
λ
127