Reparatie
(vervolg)
Collectortemperatuursensor controleren
100
10
1
0,1
0
20
25
40
Temperatuur in °C
Afb. 55
Sensortype: NTC 20 k
1. Stekker TS2
van de elektronicamodule trekken.
&
Weerstand meten.
2. Weerstand van de sensor met de stooklijn vergelij-
ken.
Storing bij eerste ingebruikneming (fout F.416)
De regeling controleert bij de eerste ingebruikneming
de correcte positie van de rookgastemperatuursensor.
Als foutmelding F.416 wordt weergegeven:
1. controleren of de rookgastemperatuursensor juist
is geplaatst (bajonetsluiting). Zie voorgaande
afbeelding.
2. Indien nodig positie van de rookgastemperatuur-
sensor corrigeren.
3. Weerstand van de rookgastemperatuursensor
meten. Zie vorige hoofdstuk. Indien nodig defecte
rookgastemperatuursensor vervangen.
Opmerking voor de vervanging van de centrale elektronicamodule HMU en de branderautomaat
BCU
Als de branderautomaat BCU vervangen wordt,
gebeurt de inbedrijfstelling met de softwaretool "Ser-
vice-assistent".
Netaansluitkabel vervangen
Bij vervanging van de netaansluitkabel alleen de als
reservedeel leverbare netaansluitkabel van Viessmann
gebruiken.
60
80
100
120
Ω
140
3. Bij sterke afwijking (> 10 %) sensor vervangen.
4. Netschakelaar uitschakelen.
5. Netschakelaar weer inschakelen.
Inbedrijfstellingsassistent weer starten.
6. Dichtheid aan de rookgaszijde controleren.
Opmerking
Als storingsmelding F.416 nog getoond wordt, hoewel
de rookgastemperatuursensor juist gemonteerd is: Bij
de eerste inbedrijfstelling kunnen er branderstoringen
zijn, bijv. omdat er lucht in de gasleiding zit. Storing
verhelpen en toestel ontgrendelen.
Montagehandleiding reserveonderdeel
en "www.service-assistent.info"
Storingen oplossen
107