44
Overname, aanbouw en basisafstelling
4.4
De turbine aandrijven met
verschillende aftakastoerentallen
van de trekker
De turbine (4.3/1) wordt met een powerband (4.3/2)
en riemschijf (4.3/3) met een koppelingsas indirect
door de aftakas van de trekker aangedreven. Door
de verschillende diamaters "D" van de riemschijf (4.3/4)
kan de ingaande tussenas (4.3/5) met verschillende
aftakastoerentallen worden aangedreven zonder dat
het toerental van de turbine verandert.
De
beschermkap
tussenaandrijving werd voor deze opname
verwijderd.
Machine alleen met volledig gemonteerde
beschermkap in bedrijfstellen!
Mogelijke aftakastoerentallen en de bijbehorende
diameter van de riemschijf:
a) Aftakasaandrijving
(standaarduitvoering)
Diameter van de riemschijf D = 178 mm, lengte
powerband 1105 mm.
b) Aftakasaandrijving met 710 t/min
Diameter van de riemschijf D = 250 mm, lengte
powerband 1244 mm.
Als de turbine met verlaagd motortoerental van de
trekker wordt aangedreven,
-
Koppelingsas op de 1000-toeren aftakas van de
trekker aansluiten en
-
riemschijf met diameter D = 250 mm (extra
uitvoering) monteren.
c) Aftakasaandrijving met 540 t/min
Diameter van de riemschijf D = 330 mm, lengte
powerband 1397 mm.
Wanneer de turbine met 540 t/min wordt
aangedreven,
-
Koppelingsas op de 540-toeren aftakas van de
trekker aansluiten en
-
riemschijf met diameter D = 330 mm (extra
uitvoering) monteren.
DB 695 03.01
(4.4/1)
van
de
met
1000
t/min
Fig. 4.3
Fig. 4.4
1
2
4
3
1