9.0
In
bedrijfstellen
rijenkunstmeststrooier
9.1
Vullen van de kunstmesttrechter
Voor dat de kunstmesttrechter wordt
gevuld, de precisiezaaimachine aan de
trekker koppelen.
-
Deksel van de voorraadbak (9.1/1) openen en in
geopende stand met de vergrendeling (9.1/2)
volgens Fig. 9.1 vastzetten, zodat deze tijdens het
vullen niet door wind of andere invloeden kan dicht-
klappen.
-
Kunstmesttrechter langs de achterzijde vullen.
-
Om het deksel te sluiten, de vergrendeling (9.1/2)
met de ene hand losmaken en met de andere
hand de klep sluiten.
9.2
Opklappen van de vulzeven
-
Kunstmestzeven (9.2/1) aan de handgreep
opklappen en met de zijdelings aangebrachte
hoeksteunen (9.2/2 vastzetten.
F
De opgeklapte vulzeven kunnen, indien
gewenst, naar achteren worden verwijderd.
Niet met de handen in de voorraadtrechter
grijpen. Gevaar voor verwonding door
roterende roeras!
9.3
Aandrijving van de doseerrollen
De doseerrollen (9.3/2) op de doseeras (9.3/1) wor-
den aangedreven door de as (9.3/3) van de loopwielen
over een kettingoverbrenging (9.3/4) naar de instelbare
aandrijfkast (9.3/5) voor de regeling van de hoeveelheid
kunstmest.
9.4
Instellen van de kunstmestafgifte
Met instelhendel (9.3/6) van de aandrijfkast wordt het
toerental
van
de
doseeras
kunstmestafgifte traploos ingesteld. De instelling
geschiedt met behulp van de strooitabel (9.3/7 of tabel
9.1). Voor het instellen van de gewenste hoeveelheid
kunstmest moeten drie verschillende instellingen wor-
den uitgevoerd:
a) Instelling van de stand van hendel op de aandrijfkast
b) Stand van de doseerschuif
c) Stand van de bodemklep
In bedrijfstellen van de rijenkunstmeststrooier
van
de
Fig. 9.1
Fig. 9.2
7
en
daarmee
de
Fig. 9.3
1
2
2
1
2
6
5
4
3
107
1
DB 695 03.01