Verzending
E
Om een bestemming toe te voegen, drukt u op [Toev.].
1
U hoeft niet op [Toev.] te drukken wanneer u een bestemming toevoegt met
de bestemmingslijst.
F
Geef de volgende bestemming op.
Druk op
dres en IP-faxbestemming.
U kunt de faxbestemming en Internetfaxbestemming gelijktijdig opgeven.
Als u meer bestemmingen wilt opgeven, herhaalt u de stappen
G
Druk op de toets {Start}.
Het apparaat begint het origineel te scannen en slaat dit op in het geheugen.
Als het scannen is beëindigd, gaat de Communicatie-indicator branden en be-
gint het verzenden.
Opmerking
❒ Afhankelijk van de beveiligingsinstellingen is het mogelijk dat [Handmatig inv.]
niet wordt weergegeven, zodat u geen e-mailadres kunt invoeren.
❒ Raadpleeg "Een verzending annuleren" voor meer informatie over het an-
nuleren van een verzending.
❒ Om te voorkomen dat u per ongeluk op de verkeerde bestemmingstoets
drukt, kunt u het apparaat zodanig instellen dat telkens wanneer een be-
stemming wordt toegevoegd met behulp van de bestemmingstoets, [Toev.]
moet worden ingedrukt. Geef de instellingen op in de Gebruikersparame-
ters (switch 17, bit 2) in het menu Faxfuncties.
❒ Raadpleeg "Maximumwaarden" voor het maximum aantal cijfers voor
een bestemming.
64
om de bestemming te schakelen tussen faxnummer, e-maila-
E
F
en
.