Overige verzendfuncties
E
Selecteer [Aan] of [Uit] voor Ontv. bericht.
2
F
Druk tweemaal op [OK].
Het display geeft "stand-by" aan.
G
Stel de bestemming in en druk vervolgens op de toets {Start}.
Opmerking
❒ Als de fax niet op normale wijze wordt ontvangen, wordt "Fout" weerge-
geven in de resultaatkolom.
❒ Alleen de laatste 50 communicaties worden in het journaal weergegeven.
Als u geen ontvangstbevestiging ontvangt voordat de laatste 50 communi-
caties zijn voltooid, wordt "OK" wellicht niet weergegeven in de resultaat-
kolom van het journaal. Dit kan voorkomen, zelfs als de mail aan de
andere kant op normale wijze wordt ontvangen.
❒ Als u adressen van mailinglijsten opgeeft, stel dan geen Ontvangstbericht
in. Anders ontvangt u meerdere ontvangstberichten van e-mailontvangers
en wordt de resultaatkolom overschreven telkens wanneer er een nieuw
ontvangstbericht wordt ontvangen. Als u echter een ontvangstbevestiging
ontvangt die een fout aangeeft, wordt "Fout" weergegeven in de resultaat-
kolom en zal niet worden overschreven, zelfs niet als u na de foutmelding
een ontvangstbericht met "OK" ontvangt.
❒ Ontvangstberichtresultaten worden alleen in het journaal weergegeven.
De resultaatkolom in alle overige bestanden, lijsten en verzendrapporten
geven "--" weer.
❒ Ontvangstbevestigingen worden zelf niet in het journaal opgenomen.
❒ U kunt aangeven of het ontvangstbericht al dan niet moet worden afge-
drukt. U kunt dit instellingen in de Gebruikersparameters (switch 21, bit 0)
in het menu Faxfuncties.
❒ U kunt e-mailbroadcast gebruiken in combinatie met het gebruik van ont-
vangstberichten. De documenten worden naar de bestemmingen verzon-
den in de volgorde waarin ze werden opgegeven.
Verwijzing
Pag.111 "Afzenderinstellingen"
Bedieningshandleiding Standaardinstellingen
138