Zwenkaandrijvingen SG 05.1 – SG 12.1/SGR 05.1 – SGR 12.1
met besturingseenheid AUMA MATIC AM 01.1
1.
Veiligheidsinstructies
1.1
Toepassingsgebied
1.2
Inbedrijfname
(elektrische aansluiting)
1.3
Onderhoud
1.4
Waarschuwingen/
aanwijzingen
2.
Korte omschrijving
4
AUMA aandrijvingen zijn bestemd voor het bedienen van industriële afslui-
ters, zoals vlinderkleppen en kogelkranen.
In geval van andere toepassingen is overleg met de fabriek noodzakelijk.
AUMA is niet aansprakelijk voor eventuele schade, voortvloeiend uit het
gebruik voor andere doeleinden dan waarvoor de aandrijvingen bestemd
zijn. Het risico te dezer zake berust volledig bij de gebruiker.
Tot een juist gebruik van de aandrijving behoort ook het inachtnemen van
deze bedieningsinstructies.
Bij het gebruik van elektrische apparatuur staan bepaalde delen daarvan
noodzakelijkerwijs onder een gevaarlijke spanning. Werkzaamheden aan
elektrische installaties of componenten mogen alleen door een elektromon-
teur of door geschoolde personen, onder leiding of toezicht van een elektro-
monteur, conform de elektrotechnische
Onderhoudsvoorschriften (zie bladzijde 45) moeten nageleefd worden,
omdat anders de veilige werking van de aandrijving niet gegarandeerd kan
worden.
Het niet in acht nemen van de waarschuwingen en aanwijzingen kan leiden
tot ernstig letsel of materiële schade. Het gekwalificeerde personeel dient
volledig op de hoogte te zijn van alle waarschuwingen en aanwijzingen in
deze bedieningsinstructies.
Voor een probleemloze en veilige werking van de aandrijvingen is - naast
een juiste en vakkundige wijze van transport, opslag, montage en instal-
leren - een zorgvuldige inbedrijfname essentieel.
Tijdens bedrijf wordt de zwenkaandrijving heet en kunnen oppervlaktetem-
peraturen > 60 °C onstaan. Controleer vóór het aanraken van de aandrijving
de oppervlaktetemperatuur teneinde brandwonden te voorkomen.
De hieronder weergegeven waarschuwingstekens zijn bedoeld om de
aandacht te vestigen op de in deze bedieningsinstructies opgenomen veilig-
heidsinstructies. Elk van deze instructies wordt aangeduid met een picto-
gram, dat met het doel van de instructie overeenstemt.
Dit pictogram betekent: Let op!
„Let op!" betekent dat handelingen of procedures van grote invloed zijn op
de juiste werking. Het niet in acht nemen van de instructie kan leiden tot het
ontstaan van schade.
Dit pictogram betekent: Elektrostatisch gevoelige onderdelen!
Op printplaten bevinden zich onderdelen die door elektrostatische ontla-
dingen beschadigd of vernield kunnen worden. Indien de printplaten bij
instelwerkzaamheden, metingen of vervanging moeten worden aangeraakt,
dient direct vóór deze handeling een geaard metalen oppervlak (bijv. aan de
behuizing) aangeraakt te worden om voor een elektrostatische ontlading te
zorgen.
Dit pictogram betekent: Waarschuwing!
„Waarschuwing" duidt activiteiten of procedures aan die, indien niet correct
uitgevoerd, tot een veiligheidsrisico voor lijf of goed kunnen leiden.
AUMA zwenkaandrijvingen, serie SG 05.1 – SG 12.1 en SGR 05.1 –
SGR 12.1, bestaan uit modulaire functie-eenheden. Zij worden aangedreven
door een elektromotor en aangestuurd door een besturingseenheid AM 01.1,
die deel uitmaakt van de levering.
Voor de handmatige bediening is de aandrijving voorzien van een handwiel.
De afschakeling wordt gerealiseerd door wegschakelaars in de beide eind-
standen. Het is echter ook mogelijk om in beide eindstanden d.m.v. de
draaimomentschakelaars af te schakelen. De wijze van afschakeling wordt
door de afsluiterfabrikant bepaald. Ter bescherming van de afsluiter is de
zwenkaandrijving bovendien voorzien van een mechanische eindaanslag.
Deze eindaanslag mag echter tijdens het in bedrijf zijn van de zwenkaandrij-
ving niet benaderd worden.
Bedieningsinstructies