Onderhoud
Carburateur
Om de carburateur af te stellen, hebt u een tachometer
nodig om het stationair toerental in te stellen. Als u
niet beschikt over een tachometer of de benodigde
kennis om de carburateur af te stellen, neemt u
contact op met een erkende service dealer.
BELANGRIJK: Vóór afstelling van de
carburateur: (1) gasregelklep controleren,
indien nodig afstellen; zie Gasregelklep en
choke, pagina 31 en (2) luchtfilter contro-
leren, indien nodig reinigen; zie Luchtfilter,
pagina 33.
WAARSCHUWING
MOGELIJK GEVAAR
De motor moet lopen voor het afstellen van
de carburateur. Dit is een mogelijk gevaar-
lijke situatie.
WAT ER KAN GEBEUREN
Aanraking van een draaiend maaimes,
motorventilator of hete uitlaatdemper, of
als de tractor onbedoeld in beweging komt,
kan dat ernstig of zelfs fataal letsel van u of
omstanders veroorzaken.
GEVAARLIJKE SITUATIES
VOORKOMEN
De motor moet lopen, maar wel parkeerrem
in werking stellen, versnelling in neutraal
zetten en maaikoppeling uitschakelen.
Draaiende motorventilator en uitlaat-
demper niet aanraken.
1.
Eerste afstelling
A. Stelschroef voor stationairmengsel iets
rechtsom draaien tot die net sluit (fig. 26).
De schroef niet vast aandraaien, omdat de
carburateur daardoor beschadigd kan raken.
B. Stelschroef voor stationairmengsel één slag
linksom draaien (fig. 26). Met deze
instelling kunt u de motor starten.
32
C. Start de motor, zet het handgas op
"LANGZAAM" en laat de motor
vijf minuten stationair lopen.
3
2
Figuur 26
1. Stelschroef
stationairmengsel
2. Stelschroef
stationairtoerental
2.
Definitieve afstelling
A. Houd de gasregelhefboom tegen de
stelschroef voor het stationairtoerental aan
(fig. 26). Stel de schroef zo in dat het
stationairtoerental 1750 omw/min bedraagt.
Controleer het toerental met een tachometer.
B. Blijf de gasregelhefboom tegen de
stelschroef voor het stationairtoerental aan
houden en draai de stelschroef voor het
stationairmengsel (fig. 26) langzaam in
(rechtsom) totdat de motor langzamer gaat
lopen (mager mengsel). Draai de mengsel-
schroef daarna uit (linksom) totdat de motor
onregelmatig begint te lopen (rijk mengsel).
C. Draai de stelschroef voor het stationair-
mengsel (fig. 26) in de middenstand tussen
het magere en het rijke mengsel, zodat de
motor gelijkmatig loopt.
D. Controleer of het stationairtoerental nog
steeds 1750 omw/min is. Indien nodig de
stelschroef voor het stationairtoerental
afstellen, zie stap 2A.
1
477
3. Gasregelhefboom